2005 was een theaterjaar van weinig opzienbarend nieuw werk. “Billy Elliot”, een ijzersterke musical, ging in première en er waren een handjevol sterke nieuwe toneelstukken, m.n. “Harvest” van Richard Bean (Royal Court) en “The History of Helen of Troy” van Mark Schultz (Soho). Verder was 2005 in Londen vooral het jaar van vernieuwende interpretaties van Europese klassiekers. Een jaar waarin de lang overleden Duitse toneelschrijver Schiller koning van de West End was, zowel zijn “Don Carlos” als “Mary Stuart” waren zowel kritische als populaire successen.
Aanslagen in Londen
Het hoogtepunt van Londen had dit jaar het binnenhalen van de Olympische Spelen moeten worden. Kort na de bekendmaking hiervan, op 7 juli 2005, werd de stad van echter opgeschrikt door diverse aanslagen op het o.v. De theaters waren die zwarte dag gesloten, maar waren al gauw weer “open for business”.
Gelukkig hadden de aanslagen niet zo’n desastreus effect op theater als in New York na 11/9. Engelse theaterbezoekers en toeristen lieten zich niet afschrikken en bleven in grote getallen de theaters bezoeken.
Als gevolg van de aanslagen zijn er kleine veranderingen in het theaterbezoek aangebracht. In de foyer van de theaters staan borden, waarop vermeld staat dat er ‘security checks’ zullen zijn (gebeurt nooit). En in de pauzes wordt omgeroepen dat iedereen zijn spullen bij zich moet houden. Mijn ervaring is echter dat mobiele telefoons de grootste bedreiging voor het theater vormen.
De Musicals van 2005
Ik zou 2005 niet echt omschrijven als een heel goed jaar voor de Britse musical. Er gingen namelijk nauwelijks nieuwe en verrassende (Britse) musicals in premi�re.
De 3 grote musicals: “The Producers”, “The Woman in White” en “Mary Poppins”, die eind 2004 gingen lopen bleven natuurlijk heel wat publiek aantrekken. En ook (inmiddels) klassieke hits als “Blood Brothers”, “The Lion King”, “Mamma Mia!”, “Les Mis�rables” en “The Phantom of the Opera” bleven goeie zaken doen.
“We Will Rock You” (eerlijk gezegd de domste musical die ik, in aanwezigheid van Brian May, dit jaar heb gezien) trekt inmiddels al 4 jaar de grote massa. En ook “Chicago” loopt na 8 jaar goed. Dit jaar wist de casting, van o.a. Brooke Shields als Roxie en Lynda Carter (“Wonder Woman”) als Mama Morton, bezoekers blijven te trekken. Afgelopen maand zag ik dit meesterwerk voor de 5de keer en kwam tot de conclusie dat de productie nog steeds in top vorm is. Momenteel bestaat de cast o.a. uit Sally Ann Triplett, Darius Danesh (Britse “Idols” finalist) en Amra-Faye Wright. De laatste gaat haar rol van Velma in 2006 ook op Broadway spelen.
Nieuwe musicals
“Billy Elliot” was de enige nieuwe Engelse musical van niveau. En wat voor één. Ik vind het de beste Engelse musical sinds vele jaren. Het was zowel een kritisch als groot populair succes.
“The Big Life” maakte geschiedenis omdat het de eerste zwarte West End musical was die zich in Londen afspeelde en gemaakt en uitgevoerd werd door zwarten. De regisseur Clint Dyer werd ook de eerste zwarte regisseur van een West End-productie. Producent Bill Kenwright importeerde deze show van het cultureel diverse Theatre Royal Stratford East en werd beloond met heel wat goeie recensies. De musical vertelde op euforische, maar oppervlakkige wijze het verhaal van de eerste generatie zwarte migranten in Londen. Veel gewaagder was de Theatre Royal Stratford East productie van het toneelstuk “Bashment” van Rikki Beadle-Blair, dat ging over homofobie in de hip hop cultuur.
“Tick, Tick…Boom” was de enige andere vooruitstrevende nieuwe musical in Londen. Het was een autobiografische musical van Joanthan Larson, de overleden schrijver van “Rent”. De Amerikaanse Neil Patrick Harris was enorm indrukwekkend als Larson, maar moest de show al na een maand verlaten omdat hij de hoofdrol had gekregen in de Amerikaanse sitcom hit “How I Met Your Mother”. Hij werd vervangen door de Canadees Christian Campbell (broer van Neve).
De musical speelde in het intieme en snel opkomende Menier Chocolate Factory. Dit theater, een voormalige chocolade fabriek, won afgelopen jaar vele prijzen en ontving aan het eind van het jaar nog meer kritische hosanna�s voor haar revival van de baanbrekende Stephen Sondheim-musical “Sunday in the Park with George”. De musical is voor de gehele speelperiode al uitverkocht en er zijn zelfs plannen om de show komend jaar naar het West End the brengen. Kunstenaar Georges Seurat wordt vertolkt door Olivier-winnaar Daniel Evans (Merrily We Roll Along”) en de vormgeving schijnt pas echt revolutionair gebruik te maken van filmprojectie, in tegenstelling tot die van William Dudley in “The Woman in White”.
Overige nieuwe musicals als “The Far Pavilions” maakte (terecht) weinig indruk op zowel critici als publiek en verdwenen rap van het toneel. De historische flop van het jaar was “Behind the Iron Mask”, gebaseerd op het verhaal van Alexandre Dumas.
Revivals
Dat opera en musical vaak niet goed samengaan bewees zowel Opera North met “One Touch of Venus” als het English National Opera (ENO) met “On the Town”, waarin Australiërs Caroline O’Connor en Adam Garcia stonden.
De beste revival van het jaar was zonder enige twijfel “Guys en Dolls” van het regie wonder Michael Grandage. Zijn interpretatie was een wat ruigere kijk op de geliefde Broadway-klassieker en was dagelijks uitverkocht (ondanks de aanslagen) dankzij het musicaldebuut van de Schotse filmster Ewan McGregor. Vocaal was hij niet heel sterk, maar zijn charisma, acteer- en danstalent maakte veel goed. De show werd voor mij echter gestolen door Tony-winnaar Jane Krakowski als Miss Adelaide. De heerlijke choreografie van Rob Ashford werd door een uitmuntend ensemble uitgevoerd, met als absoluut hoogtepunt het dansnummer in Havana.
Inmiddels zijn McGregor en Krakowski vervangen door Britse soapies Nigel Harman en Sarah Lancashire, die beide een musical achtergrond hebben.
“Guys & Dolls” is de eerste productie van het gelauwerde Donmar Warehouse, die direct voor de West End is gemaakt door artistiek leider Grandage. Traditioneel werd er elke winter een musical geproduceerd in het intieme theater zelf (vorig jaar was dit “Grand Hotel”), maar dit jaar was dat niet zo. Ook het National Theatre produceerde dit jaar geen musical. Ze zijn waarschijnlijk op zoek naar een waardige opvolger van “Jerry Springer the Opera”. Volgens de geruchtenmachine gaan ze komend jaar de vooruitstrevende Broadway-musical “Caroline, or Change” produceren.
“Hair” van het Gate Theatre was een andere revival die geprezen werd en controversieel was. Regisseur Daniel Kramer situeerde de musical in het heden en rond de oorlog in Irak. Iets was de Nederlandse productie totaal niet deed en dus helaas verzoop in nostalgie. De vernieuwende interpretatie kon helaas maar door weinig bezoekers worden gezien, omdat er maar 65 bezoekers in het Gate kunnen.
Overige musical headlines
Het musicaldebuut van Jerry Hall in “High Society” was van korte duur. Ze trok zich al gauw terug vanwege haar gezondheid en hiermee zonk de productie ook als de Titanic. De musical loopt nog in Shaftesbury Theatre, maar zal deze ongetwijfeld vervroegd verlaten net als vorige huurders als “The Far Pavilions” en “Bat Boy”.
In 2005 kwamen 6 West End theaters voor 100% in handen van Lord Andrew Lloyd Webber: het London Palladium, Theatre Royal Drury Lane, Palace, Her Majesty’s Theatre, Cambridge Theatre en New London. Hiernaast bezit hij voor een deel ook nog het Adelphi Theatre en tot maart 2006 het Gielgud Theatre.
In december gaf Amerikaanse musicalschrijver Jason Robert Brown enkele concerten, waarin hij werk uit zijn oeuvre bracht. Te gast waren de Britse divas: Tony-winnaar Frances Ruffelle en tweevoudig Olivier-winnaar Joanna Riding. Gehoopt wordt dat er komend jaar producties in Londen zullen worden opgezet van Brown zijn “The Last 5 Years” en “Parade”.
Vooruitblik
2005 was een arm musical jaar in LOnden, maar komend jaar beloofd beter te worden. Helaas niet als het gaat om nieuw Brits werk. De lineup zal vooral bestaan uit producties van Broadway-hits als “Movin’ Out”, “Avenue Q”, “Wicked” en “Spamalot”. Lord Andrew Lloyd Webber komt met revivals van “Evita” en “The Sound of Music”. Persoonlijk hoop ik enorm dat het National Theatre daadwerkelijk het kritische Broadway succes “Caroline, or Change” gaat produceren.
Binnenkort: deel 2, waarin terug zal worden gekeken op het overige theater in Londen.