Een ‘muzikale griezelkomedie’; zo presenteert Max Tak deze 6+ voorstelling rond Kim van Zeben. Griezelig zal het voor de jongste bezoekers zeker worden, al laat het angstzweet wel even op zich wachten. Als de voorstelling begint lijken we eerst terecht te zijn gekomen in een junior wetenschapspresentatie: een decor vol ingewikkelde formules, en een meisje, dat experimenten doet. Het blijkt Victoria te zijn, de dochter van een wetenschapper. Ze mengt stoffen in een fles, die vervolgens licht geeft, en een lamp boven haar bed laat ze branden door middel van een fietsconstructie boven haar bed. Al snel blijkt dat zij haar ouders verloren heeft door een ongeluk, waar ze zelf bij was. Ze werkt met de spullen van haar vader. Hiertussen vind ze ook een boek van ‘Frankenstein’, dat wel erg ingewikkelde woorden gebruikt, maar ook interessant is: een boek over het maken van leven.
Victoria woont nu bij haar tante Angina, die haar allesbehalve vriendelijk behandelt. Nog minder aardig is zij voor Victoria’s hondje Tosti, die maar naar buiten moet om te waken. Onder andere vanwege de nieuwe Mexicaanse buren, dat wel tuig moet zijn. De jongste van deze buren is Paco, die in de avonduren door het leven gaat El Rapido. Hij is door het raam bij Victoria naar binnengekropen om kennis te maken. Dankzij dit nogal bijdehante mannetje maakt Victoria kennis met Dia de los Muertos, de Mexicaanse dag waarop ze feestelijk de doden eren. Als Victoria bij het naar buiten smokkelen van Tosti per ongeluk zijn dood veroorzaakt, krijgt het verhaal een griezelige draai.
Hoewel sommigen Kim van Zeben zullen kennen van cabaret voor volwassenen in theater of op tv, is ze toch vooral bekend van de familie- en jeugdtheatervoorstellingen als Woef Side Story, waarin ze vooral komische rollen speelt. Ook solo is ze in het theater te vinden met voorstelligen voor de jeugd. Na de schattige voorstelling Eendje (ook 6+) speelt ze een voorstelling die niet geschikt is voor bangebroeken, ‘De hond die licht gaf’. Dat doet ze samen met twee muzikanten, die volledig deel uitmaken van de voorstelling: zo zijn ze bijvoorbeeld de broers van Paco, met eenzelfde pruik op. Timon Koomen is de gitarist, die ons bij binnenkomst al op een aangenaam stukje muziek trakteert. De toetsen, en meer, zijn voor Adriaan Ammerlaan. Hij blijkt van alle markten thuis, want hij deelt ook het poppenwerk met Kim van Zeben. De samenwerking tussen de twee in stem en beweging is perfect, als hij de pop laat bewegen, terwijl zij praat en een ander karakter speelt. De fraaie poppen in de voorstelling, het schattige (toch?!) hondje Tosti en de angstaanjagend kil ogende tante, zijn van de hand van Servaes Nelissen. Grappen zijn er volop, ook als even uit het verhaal wordt gestapt. Bijvoorbeeld als Ammerlaan iets zou moeten doen en weigert: “ik speel nu de hond.”
Hoewel de voorstelling vooral geestig van toon is, heeft deze een overduidelijke, diepere laag. Je voelt de onderliggende rouw bij Victoria. Haar kinderlijke gedachtegang wordt mooi gespeeld, zeker als het drama nog een keer toeslaat. Een voorstelling dus over gemis en acceptatie, en manieren om met rouw om te gaan.
De Hond Die Licht Gaf krijgt een griezelige wending aan het einde, die door sommige kinderen als bijzonder eng kan worden ervaren. Om de angst niet mee naar huis en de slaapkamer mee te nemen is er een praktische oplossing. Na de voorstelling is Q&A, waarin een deel van de theatergeheimen uit de doeken wordt gedaan. Zo kan iedereen zien dat het dus echt ‘niet echt’ is; dat de lieve Tosti en zijn horrorvariant andere poppen zijn.
Dat je jeugdtheater aan Kim van Zeben kunt overlaten wisten we al; “De Hond die Licht gaf” levert andermaal het bewijs. Dat de gebroeders Groenteman er een aantal lekkere songs bij hebben gecomponeerd, en de voorstelling door Marije Gubbels sterk is geregisseerd en ook het nodige visuele vermaakt bevat, zorgt ervoor dat van Zeben volledig in haar kracht kan staan.
Scenefoto’s: Kamerich & Budwilowitz
Overige foto’s: Musicalworld.nl