Recensie

Roodkapje, maar dan anders ⭐⭐⭐:

Eigentijdse personages spelen de hoofdrol in Roodkapje van Langhout Theaterproducties. We kennen allemaal het sprookje, maar is dat niet een voorbeeld van fake-news. Het is dierenliefhebber Fake Vonk, die het ware verhaal te horen krijgt.

Er is een flink aanbod aan sprookjesmusicals de laatste jaren. Toch heeft elke producent zijn eigen stijl, en wordt daarmee de vraag “Waarom weer een nieuwe versie van dat verhaal? Er zijn er al zo veel” wordt beantwoord. Na gestart te zijn met twee minder gangbare sprookjesverhalen, begeeft Langhout Theaterproducties zich inmiddels in het drukbevolkte gebied van de bekende sprookjestitels. Dit vierde seizoen is het oog gevallen op Roodkapje. Het resultaat is een heel vrije bewerking van het oorspronkelijke sprookjeof zoals ze zelf zeggen in de ondertitel:  het ware verhaal van Roodkapje, zoals het echt verteld had moeten worden.. Want wat is er werkelijk gebeurd in het bos, en in het huisje van oma?

Het is de filmende bioloog Fake Vonk die, op basis van het nieuws dat de wolf weer terug is in Nederland, bij meneer de Wolf terecht komt. Hij kent het verhaal van Roodkapje, en benadert hem met hetzelfde enthousiasme als zijn bijna-naamgenoot, maar ook met wat terughoudendheid. Al wil hij hem eigenlijk ook wel vangen. Dat de wolf een kostuum draagt en kan praten is wel een verrassing. Maar zo kan Jaap de Wolf wel aan Fake vertellen wat er echt is gebeurd. Robijn en Vlinder, twee pubermeiden uit de buurt, zijn vlogsters. Robijn valt erg op door haar rode kapje, en haar reactie op deze beschrijving: “het is een hoodie”. Ze moeten al snel een filmpje inleveren voor Vloggers Got Talent, dus de vraag van haar moeder om wat reformspulletjes naar oma te brengen valt niet echt in goede aarde. Al helemaal niet omdat oma altijd wil knutselen met takjes en kastanjes. Ondertussen is ook meneer de Jager van de thuiszorg bij haar moeder. Robijn kan ook wel gelijk de steunkousen meenemen, die hij voor haar heeft. En zo gaat Robijn op pad, en komt zoals in het verhaal onderweg de wolf tegen. Hij is een brei-liefhebber, maar zonder patronen kan hij alleen shawls breien. Dat oma veel breipatronen heeft, klinkt hem als muziek in de oren. Muziek klinkt ook in Robijn’s oren als ze onderweg Vlinder weer tegenkomt: die vlog moet vandaag worden gemaakt, dus nu meteen. Terwijl de twee meiden dansen, sluipt meneer de Wolf oma’s huisje binnen.

De voorstelling is in alle opzichten erg eigentijds. Fake komt op met een cameravrouw. De live-beelden zien we op een grote IPhone, die later ook de vlog-resultaten van de tieners laat zien. Er wordt ingespeeld in het nieuws, zowel qua thema’s als in de gesproken tekst. Woordspelingen zijn er te over. Een lied over de wolf kent bijvoorbeeld allerlei wolvensoorten als de geldwolf en de steppenwolf. Er wordt ook gebruik gemaakt van de structuur van het stuk: dat het verhaal door de wolf wordt verteld. Meneer de Jager klaagt op een gegeven moment dat hij helemaal geen stotter heeft (en dat horen we dan natuurlijk ook). Maar dat vind de wolf veel leuker (en juist na dit conflictje is dat het ook) en dus struikelt hij daarna weer met enige regelmaat over het woord steunkous.

De kern van de cast is ten opzichte van de vorige productie hetzelfde gebleven. Na Assepoester speelt Marieke Goemans opnieuw de titelrol. Samen met Sanne Franssen als Vlinder is ze een duidelijk kind van deze tijd, al zijn de rollen natuurlijk wat aangedikt. De vriendschap (mede door de bijbehorende wrijvingen) straalt van hen vanaf, en vocaal is het bij beiden prima op orde. Annebeth Moolenburgh zorgt weer voor de ondersteunende rollen: oma en moeder. Hans Langhout zelf is als meneer de Jager de vleesgeworden formaliteit. Kylian de Rooij kan helemaal los gaan als de Freek Vonk-parodie Fake. Dezelfde overdreven enthousiaste houding, en dezelfde maniertjes: in dit komische script heeft hij een belangrijk aandeel, ondanks dat hij de toehoorder is bij het verhaal. De enige nieuwe naam in het gezelschap is Thomas Kuipers als de wolf. Ook een personage met enige distinctie, als contrast met het valse wilde dier uit het sprookje. Hij heeft wat weg van een jonge Roberto de Groot, door de lengte, maar ook door zijn stem en manier van zingen.

De keuzes die zijn gemaakt zorgen er wel voor dat sommige jongere kinderen in het begin wat in verwarring zijn. “Die wolf is geen echte wolf”, hoor ik naast me. “In sprookjes zijn ze toch nooit echt: ze lopen op twee benen” is de gevatte reactie van de ouder naast hem. Tegelijkertijd hebben volwassenen veel meer om om te lachen, met name waar het eigentijdse satire betreft. Het maakt de voorstelling ook zeker geschikt voor de wat oudere kinderen, die normaal bij de titel “Roodkapje” thuis zouden willen blijven. Het is met name de scene rond het bed van oma, waarbij de jongste bezoekers het uitgieren.

Roodkapje is een buitenbeentje in het bos van sprookjesmusicals. Het is verstandig om de jonge kinderen van tevoren wel te vertellen wat er ongeveer gaat gebeuren. Dan kun je het leuke verhaal en alle grappen en grollen in de zaal het over je heen te laten komen. Fijn was in ieder geval om te merken dat die ene erg ordinaire dubbelzinnigheid in de tekst niet werd omarmd. Dat is ook niet het soort humor waar de voorstelling het van moet hebben.

Roodkapje is nog tot en met 24 mei te zien in diverse theaters in het hele land.

 

10 November 2019
Reguliere voorstelling
Eindhoven
Parktheater
https://langhout-theater.nl/

Over de auteur

Jeroen schreef dit artikel voor jou

Jeroen

Jeroen is sinds 2005 redacteur van Musicalworld. Hoewel Jeroen al jong in aanraking kwam met theater, is zijn passie voor musical pas deze eeuw tot volle bloei gekomen. Hij was zeer onder de indruk van de eerste voorstelling van Cats, en de Nederlandse versie van Oliver uit 1999, op basis van de film al een van zijn favorieten, was de eerste voorstelling die hij meermaals zag. Toch waren deze bezoeken eerder sporadisch dan frequent. Sinds hij redacteur is van Musicalworld bezoekt hij meer dan 100 voorstellingen per jaar. Jeroen is de Musicalworld-specialist op het gebied van familievoorstellingen en kindervoorstellingen. Hij is tevens de correspondent voor Vlaanderen. Ook in Duitsland en Engeland (Londen) is hij regelmatig te vinden. Hij doet ook verslag van amateurvoorstellingen die voor neutrale toeschouwers de moeite waard zijn. Tot zijn favoriete musicals behoren naast Oliver! meer musicals met kinderen in de hoofdrol. "Billy Elliot" is zijn all-time favorite, maar daarnaast moeten zeker "Whistle down the Wind", "Matilda" en "The Secret Garden" worden genoemd. Daarnaast zijn Chicago, Come from Away, Spamalot en Soho Cinders voorstelling met een ongelofelijke aantrekkingskracht. Hoogtepunten in het jukebox-genre: Our House, Ich war noch niemals in New York en Ich Will Spass? (en voorganger Doe Maar). Favoriete Nederlandse producties zijn: Ganesha (een Perfecte God), Lelies, Wat zien ik? en Kuifje. Naast het bezoeken van musicals is hij een frequent bezoeker van attractieparken. Favoriete park in Europa is Europa Park (met een uitgebreid entertainment programma). Naast deze tijdverslindende hobby is Jeroen ook nog werkzaam in de ICT.

Meer van Jeroen

Meer artikelen van Jeroen

Delen