X

Wist je dat?

Je kunt met de slider zelf bepalen of je nu meer het artikel wilt lezen of de videoreportage wilt bekijken.

Recensie

De Vergeten Twentse Lente ⭐ ⭐ ⭐ ⭐

De opvolger van Hanna Van Hendrik brengt 80 jaar na dato terecht een vergeten onderdeel van onze geschiedenis terug. De voorstelling is indrukwekkend, maar neemt ook veel hooi op de vork.

Gebruik de slider om te bepalen wat je het meest wilt zien.

Soms vraag je je inderdaad af waarom bepaalde onderdelen van de geschiedenis tot het collectieve geheugen behoren, en andere niet. Vrijwel iedereen heeft gehoord van de februaristaking van 1941, maar de april-meistaking van 1943 lijkt totaal vergeten. Deze spontane staking tegen de meldplicht van leden van de Nederlandse strijdkrachten (die vervolgens in Duitsland zouden moeten gaan werken) ontstond bij Stork in Hengelo, en breidde zich uit over een groot deel van het oostelijke deel van Nederland. Draconische maatregelen volgden: een decreet met reden voor standrechtelijke executie volgde, waar staken er een van was. Het kostte uiteindelijk 80 mensen het leven, waarvan een groot aantal in naamloze graven verdween, en waarvan we nog steeds niet weten waar ze zijn begraven. Het verhaal van een van hen is de basis voor de voorstelling.

De voorstelling begint met de geest van deze Jan Hendriksen, wiens dood zijn schaduw over de generaties na hem heeft geworpen. Zijn vrouw, en zijn dochter zijn blijven zoeken, waardoor zijn kleinkinderen hevig beknot werden opgevoed. De dochter Fenna vluchtte al jong het huis uit, de zoon Epi bleef achter. Inmiddels volwassen keert Fenna terug naar het dorp, als ex-Europarlementariër. Ze is de nieuwe burgemeester, en wordt enthousiast ontvangen door jeugdvriendin Tess. Haar moeder en Epi moeten niets van haar hebben.
Als vervolgens een jongen uit Amerika vertelt dat zijn oma Roos het dorp een erfenis van 50 miljoen cadeau doet, omdat zij daar ondergedoken heeft gezeten, krijgt ze het ook professioneel zwaar. Een deel van het dorp heeft geen vertrouwen in de besluitvorming. Medestander is haar ex, die nog steeds lijdt onder het ‘verraad’ van zijn grootvader. Merkwaardig genoeg is het juist deze man die Roos expliciet als held benoemt.

Naast deze hoofdlijnen zijn er nog een aantal subplots, wat de voorstelling als geheel een vol gevoel geeft, en dat met een voorstellingstijd van 3 uur 15. Te weinig tijd wordt genomen om duidelijk te maken waar die enorme argwaan van de tegenstanders van Fenna vandaan komt, waardoor je voor die groep geen begrip kunt opbrengen. En ik vermoed dat ook een aantal gebeurtenissen en situaties in de oorlogstijd wat onduidelijk blijven.

Drie blijkt een magisch getal. De voorstelling speelt zich dus af in ruwweg drie tijdperiodes: het heden, de tijd dat Epi en Fenna jong waren en de oorlogstijd. De grote sprongen zijn overzichtelijk: andere personages, en natuurlijk de kostuums. Die naar de jeugd vallen soms wat later, omdat het vooral de kleding is die de aanwijzing moet geven. Er zijn ook drie aktes, met elk een eigen locatie en bijbehorende tribunes. De eerste is ruwweg het exterieur van het dorpsplein, met enkele huizen die opengeklapt kunnen worden. De tweede is de Stork-fabriek (met ook enkele extra’s). De derde is een zandvlakte en bouwput. Allen zijn overigens overdekt.

Muzikaal wijkt de musical wat af van wat we doorgaans bij musical zien. Niet alleen wordt er veelal gebruik gemaakt van handmicrofoons, verreweg de meeste liedjes hebben een beschouwend karakter, in plaats van dat ze vanuit een ik-persoon worden gezongen. De band heeft niet alleen instrumentaal, maar ook qua zang een prominente rol. De songs van Helge Slikker en Boudewijn de Groot zijn gevarieerd, waarbij bij sommige de signatuur van de laatste duidelijk te herkennen is. Prachtige ballads, stevige rock, hiphop, maar ook een nummer dat zo uit de koker van Pater Moeskroen had kunnen komen.

De voorstelling verdient wel het stempel regionaal. Hoewel iedere Nederlander het verhaal wel kan volgen, zijn er een aantal karakters die zich in het Twents uitdrukken, en dat is wel meer dan het inslikken van wat letters ten opzichte van ABN. Juist voor mensen uit de regio is dit natuurlijk extra leuk en herkenbaar. Het befaamde noaberschop komt uiteraard voorbij, al blijkt niet iedereen zich er naar te gedragen, en wat knipogen naar Twentse omgangsvormen zijn zeker herkenbaar.

Optisch zijn er ook een paar bijzondere keuzes gemaakt. Er is geen Duits uniform te zien; de slechteriken in de oorlog dragen gewoon lange jassen. Een martelscene is vooral enorm suggestief, maar gaat door merg en been. Ook aan het slot zit een prachtig gevisualiseerde scene die je kippenveld bezorgt. In de tegenwoordige tijd zien we dan weer onder andere hiphop-dans.

Of de zin “daar ben ik weer” bedoeld of onbedoeld grappig was, weet ik niet, maar als er een productie in Twente gespeeld wordt, is Laus Steenbeeke present. Als Epi weet hij onuitstaanbare dwarsheid te combineren met een flinke dosis humor. Johanna ter Steege neemt je, met schijn maar gemak als Fenna mee in haar reis, en krijgt daarin steun van Stefan de Walle als Luuk. Twee schitterende personages. Lucretia van der Vloot en Roosmarijn Luyten spelen hun rollen ook mooi, maar vallen toch vooral op door hun schitterende zang. Ook de kleine Roos, die deze voorpremière speelt (Isabel Marbis) maakt indruk met haar zangpartij. De rol is klein, maar Mohanad Abukhadra verdient wel een vermelding: zijn rol van vluchteling Amar is werkelijk hartverwarmend.

De Verloren Twentse Lente is een voorstelling rond pijn die kan door etteren, over argwaan, over held vs verrader, over vertrouwen en wantrouwen, maar vooral over het delen van zorgen, problemen en het erover praten. Een voorstelling die indruk maakt, maar ook de vraag opwerpt of met wat schrapwerk en verduidelijking niet een nog betere voorstelling gemaakt had kunnen worden.

Scenefoto’s: Roy Beusker (eerste 5) en Annemieke van der Togt





28 April 2023
Try-out
Enschede
Vliegbasis Twente, Hangaar 11
https://www.devergetentwentselente.nl/


Over de auteur

Jeroen schreef dit artikel voor jou

Jeroen

Jeroen is sinds 2005 redacteur van Musicalworld. Hoewel Jeroen al jong in aanraking kwam met theater, is zijn passie voor musical pas deze eeuw tot volle bloei gekomen. Hij was zeer onder de indruk van de eerste voorstelling van Cats, en de Nederlandse versie van Oliver uit 1999, op basis van de film al een van zijn favorieten, was de eerste voorstelling die hij meermaals zag. Toch waren deze bezoeken eerder sporadisch dan frequent. Sinds hij redacteur is van Musicalworld bezoekt hij meer dan 100 voorstellingen per jaar. Jeroen is de Musicalworld-specialist op het gebied van familievoorstellingen en kindervoorstellingen. Hij is tevens de correspondent voor Vlaanderen. Ook in Duitsland en Engeland (Londen) is hij regelmatig te vinden. Hij doet ook verslag van amateurvoorstellingen die voor neutrale toeschouwers de moeite waard zijn. Tot zijn favoriete musicals behoren naast Oliver! meer musicals met kinderen in de hoofdrol. "Billy Elliot" is zijn all-time favorite, maar daarnaast moeten zeker "Whistle down the Wind", "Matilda" en "The Secret Garden" worden genoemd. Daarnaast zijn Chicago, Come from Away, Spamalot en Soho Cinders voorstelling met een ongelofelijke aantrekkingskracht. Hoogtepunten in het jukebox-genre: Our House, Ich war noch niemals in New York en Ich Will Spass? (en voorganger Doe Maar). Favoriete Nederlandse producties zijn: Ganesha (een Perfecte God), Lelies, Wat zien ik? en Kuifje. Naast het bezoeken van musicals is hij een frequent bezoeker van attractieparken. Favoriete park in Europa is Europa Park (met een uitgebreid entertainment programma). Naast deze tijdverslindende hobby is Jeroen ook nog werkzaam in de ICT.

Meer van Jeroen

Meer artikelen van Jeroen

Delen