Wat is Rapunzel eigenlijk? Wieteke van Dort legt het in de Efteling zo uit: Rapunzel is een soort veldsla. Bladgroente zou je zeggen, maar deze musical zijn het juist de klokvormige bloemen, die voor de ellende zorgen. En zo leer je in deze voorstelling zelfs botanisch nog wat bij.
Klepper de ooievaar is bijna klaar met het bezorgen van baby’s. Nog eentje, en dan kan hij met pensioen. Deze laatste is bestemd voor de liefdevolle Anna, die eerst een waslijst aan wensen een eisen waar het kind aan moet voldoen opsomt, maar uiteindelijk alleen een meisje met een goed hart wenst. Maar als Klepper met de baby in zijn bek de verse rapunzelklokjes ziet, begint hij er stiekem van te snoepen. Het gerinkel alarmeert frau Götl en haar sidekick Vink. Bij het zien en vooral horen van de baby houdt Götl de baby. Schuldbewust blijft Klepper het opgroeiende meisje, die de naam Rapunzel heeft gekregen en door haar ‘moeder’ in een toren is opgesloten als bescherming tegen de boze buitenwereld. Uiteraard mag Götl hem niet zien, maar een van zijn cadeautjes zorgt ervoor dat zij er toch achter komt. Ondertussen heeft Vink aan Rapunzel verklapt dat Götl niet haar moeder is. Een plan om Rapunzel te bevrijden brengt Klepper bij een prins, die niet bepaald heldhaftig is. Hij houdt meer van de schone kunsten dan van de krijgskunst en zijn vader wil hem zelfs troonopvolger af maken. Hij krijgt nog een kans: een heldendaad verrichten. Zou hij Rapunzel kunnen bevrijden?
Iedere voorstelling weer is het verbluffend om te zien hoe de fraaie poppen, voor deze voorstelling wederom gemaakt door Kathelijne Monnens, tot leven komen. Ooievaar Klepper, die inderdaad regelmatig kleppert, neemt je mee in zijn avontuur, en zijn hulpjes Tikker, Senzi en Robina vertederen elk op hun eigen manier. Een heerlijk contrast met Frau Götl en Fink. De eerste met haar enorme strot vol slechtheid, en de tweede met een heel fout Duits accent. Misschien wat cliché om hiervoor te kiezen, maar aan de andere kant: we zitten natuurlijk wel gewoon in Duitsland. Een zwaardgevecht tussen de prins en zijn vader is een bijzonder geestige dans, en het gesjouw en gedoe met een ladder tovert eveneens een dikke grijns op je gezicht.
Marc Veerkamp schreef het script en is dus verantwoordelijk van deze originele kijk op het sprookje. De vormgeving is als vanouds origineel. Van de wolk aan het begin van de voorstelling die omhoog gaat om de duikvlucht van Klepper weer te geven tot de gootsteenontstoppers die als zwaard dienst doen of de doorzichtige golfplaten die water moeten voorstellen. Voor de muziek keren twee bekende Theater Terra-namen weer terug. Fons Merkies en Laurens Goedhart hebben weer een aantal goed in het gehoor liggende songs geschreven. Het nummer van Götl heeft wel een erg hoog ‘Brimstone and Treacle’-gehalte, maar dit nummer uit de Mary Poppins-musical is ook een regelrechte knaller.
De cast mag er wederom zijn. Iedereen speelt meerdere rollen, waaronder ook de poppen. Het verdient een compliment aan regisseur Wesley de Ridder, maar natuurlijk ook aan de drie startende acteurs (de dames zijn nog in opleiding, de heer heeft deze kort geleden afgerond), dat zij dit poppenspel zo voortreffelijk uitvoeren. In nota bene Londen zag ik vrij recent nog dat dit niet iets is wat je zomaar even goed doet. Door zijn dubbelrol als regisseur en acteur is deze première ook zijn eerste voorstelling voor publiek in zijn rol als Klepper (en vader van de prins). En toch heeft hij het in zijn vingers. Dat hij een uitstekende vervanger heeft voor een aantal voorstellingen in de tour is in de trailer van de voorstelling te zien: Pepijn Schwartz doet het ook voortreffelijk.
Fay de Klein zingt mooi als Rapunzel en laat na de opmerking dat een kind niet zomaar verandert in een sprookjesprinses een heerlijke ‘echte sprookjesprinses’ zien. Kemy Hooimeijer trekt als heks Götl alle registers open en maakt zo wel indruk. Keije Schepers tenslotte heeft een leuke, gevarieerde set rollen. Een bijzonder softe prins, die dwarsfluit speelt, niets van vechten moet hebben en vooral kickt op het krijgen van een medaille is een groot contrast met de glibberige, babbelzieke Vink. Maar zeker ook specht Tikker, die gevraagd naar een plan om Rapunzel te bevrijden voorstelt om de boel op te blazen, is een regelrechte publieksfavoriet.
Rapunzel is een genot voor jong en oud. Misschien dat de vierjarigen (de voorstelling is 4+) zeker de scenes met de heks wat griezelig vinden, maar deze worden goed gecompenseerd met heel veel vrolijkheid. Voor de oplettende volwassenen zitten er , naast de humor voor groot en klein, meer dan genoeg grapjes in de tekst, van de brug in het openingsnummer tot bijvoorbeeld de grote filosoof die ooit ‘opzij, opzij, opzij, maak plaats etc.’ zei. En tenslotte is de ontknoping heel erg van deze tijd. De tour van deze voorstelling is in deze post-coronatijd korter dan we gewend zijn. Wees er dus snel bij.