RO Theater heeft inmiddels een traditie gemaakt van de kerstvoorstelling, hoewel je daarvan niet echt kunt spreken als de voorstelling tot ver in de lente doorspeelt. Wat ooit begon met Lang en Gelukkig is nu aanbelandt bij ‘De Zere Neus van Bergerac’. Een voorstelling die volledig in de lijn past van bekende verhalen vol absurde zijsprongen, over- en underacting, maar daarin niet de grote hoogte weet te bereiken die eerder Woef Side Story en Lang en Gelukkig wel wisten te bereiken.
De voorstelling mixt het bekende verhaal van Cyrano de Bergerac met een sprookjeswereld van feeën die wensen vervullen. Het begint met een bekend beeld, waarin er gespot wordt met zijn neus, en waarin hij dan weer het gebrek aan originaliteit in deze beschimpingen laakt. Om vervolgens terug in de tijd te gaan, en we fee Brenda een fout zien maken bij het toewensen van de kleine Cyrano, waardoor hij met de enorme gok wordt opgescheept. Dan schakelen we over naar het feeënrijk, waar ze op zoek zijn naar een stagiaire. Deze wordt uit de zaal geplukt, en krijgt de naam Roxanne. De feeën krijgen een trollencontrole van hun werk, en dan komt de blunder van Brenda boven water. Cyrano, die inmiddels op de Kadettenmavo zit, heeft nog steeds last van die fout, dus die moet worden hersteld. Ada gaat er met Roxanne op af, maar deze missie mislukt. Cyrano moet weg voordat hij geraakt kan worden met de magie van de fee-o-foon, en Roxanne komt in contact met de beeldschone Chris(tian) de Boer. Ze is meteen verliefd. Cyrano is dan weer dol op Roxanne, maar vanwege zijn lelijkheid denkt hij dat hij geen kans heeft. Dus als Chris niet uit zijn woorden kan komen biedt hij aan voor die woorden te zorgen. En zo worden zijn romantische rijmen de teksten van Chris. Terwijl in het feeënrijk de paniek toeneemt omdat de fout nog steeds niet is hersteld en de trollen de boel dreigen over te nemen, ontstaan op aarde de bekende verwikkelingen van het Cyrano-verhaal.
Het belangrijkste euvel in de voorstelling is de duur. Er wordt te veel tijd genomen, zeker in de eerste akte, zonder dat er nu zo ontzettend veel gebeurt. Daardoor zakt de voorstelling diverse keren in. Je smacht naar een pauze, die maar op zich laat wachten. De tweede akte is veel sneller, en weet daardoor de aandacht beter vast te houden. Wie eerdere voorstellingen als Snorro, Lang en Gelukkig of Moord in de Kerststal zag weet wat hij kan verwachten. Dat betekent aan de ene kant dat de humor kennelijk bevalt, maar aan de andere kant ook dat er wel erg veel dingen voorspelbaar worden, ook waar dit niet de bedoeling is.