Achtergrond

Zeven jaar Soldaat van Oranje

Soldaat van Oranje bestaat zeven jaar, een nieuwe mijlpaal. Vanavond wordt de 2274e show gespeeld. Wij kijken terug op de voorstelling aan de hand van zeven indrukwekkende scènes.

Een theatervoorstelling kun je niet bewaren. Je kunt er een opname van maken, maar dat is toch anders. Anders dan bij films is het niet mogelijk om een stuk herhaaldelijk te kijken, tenzij je deze steeds opnieuw uitvoert. Hoe leuk zou het zijn als in de Griekse oudheid iemand op het idee was gekomen om stukken van Sophocles op die manier te conserveren. Gewoon zes keer per week blijven spelen, steeds met een nieuwe cast, maar wel in dezelfde regie. Het zou ons een uniek beeld geven van de manier waarop in de oudheid theater werd gemaakt. Helaas zijn de stukken van Sophocles niet op die manier bewaard. Geen inkijkje in de oudheid dus. We kunnen wel terug naar 2010. Jan Peter Balkenende was nog premier, Beatrix nog koningin, iedereen had nog een hyves-pagina en Netflixen bestond nog niet. In die tijd begon het: Soldaat van Oranje de musical.

Het begint zowaar vertrouwd te worden. Ieder jaar eind oktober een jubileum. Eens in de zoveel tijd kennismaken met de nieuwe cast en twee keer per jaar de mededeling dat de show verlengd wordt. Maar hoe absurd is het dat we inmiddels Soldaat als vanzelfsprekend zijn gaan beschouwen. Het is fascinerend je af te vragen of er zeven jaar geleden iemand gedacht zou hebben dat ze zo’n gouden voorstelling aan het maken waren. Wanneer is het tot de makers door gedrongen hoe groot Soldaat zou worden? Tijdens de repetities? De try-outs? Toen de kaarten niet aan te slepen bleken? Of zou men nog steeds iedere dag verbaasd zijn over de enorme aantallen? Toegegeven, de show wordt langzaam maar zeker wel steeds iets minder vaak opgevoerd. De eerste seizoenen speelde het stuk gemiddeld 9 keer per week. Inmiddels zijn dat er 6 geworden. En zo nu en dan is er weleens een voorstelling niet uitverkocht. Geen reden tot paniek. Een gemiddelde producent zou een moord doen voor een zaalbezetting als deze. Maar we kunnen ons misschien gaan voorbereiden op een naderend einde. Al zal de 8 jaar heus nog wel worden aangetikt.


Vijf hoogtepunten in de show

1. De eerste keer draaien
De voorstelling bewaart bij de start nog even het spektakel. We zien de sociëteit van Minerva waar het ontgroeningsritueel in volle gang is. De scène zelf is best interessant, omdat het verloop van het verhaal en de keuzes van de personages zich hier al aftekenen. Zeker bij een tweede bezoek is deze scène mooi om te zien. Maar dan aan het eind van dit stuk is het zover. Erik loopt naar voren, zingt enkele regels, de band zet in en wij als publiek vertrekken. We draaien! Er ontstaat een kleine opwinding in de zaal. Het begint een beetje te waaien en we weten: nu is het echt begonnen.


2. De dood van Bram
De dreiging van de oorlog is de hele voorstelling voelbaar. Maar het eerste uur blijft het nog op afstand. Paul krijgt een brief dat zijn broer gesneuveld is. Maar dat is ver weg gebeurd. De oorlog heeft Leiden nog niet bereikt, zo lijkt het. Dat verandert als Bram wordt opgepakt en gefusilleerd. De scène waarin hij vrij danst en toch doodsbang is, is prachtig en laat niemand onberoerd. Vanaf dit moment weten we ook dat het menens is. De oorlog dringt voor het eerst echt door.


3. “Kom terug bij mij”
Bij een spannende voorstelling gaat het niet per se om wat er op het moment gebeurt. Wat er gaat gebeuren, de verwachting van wat er komt, is soms veel belangrijker. En dat komt tot uiting in dit nummer. De spanning is zorgvuldig opgebouwd. De vrienden hebben een plan om vanuit Engeland zendapparatuur naar Nederland te smokkelen. Koningin Wilhelmina hoopt vurig dat dit lukt en dat iedereen veilig terugkeert. Tegelijkertijd maakt Charlotte zich op om naar het strand te vertrekken. Het is een levensgevaarlijke operatie, maar “we moeten doen wat nodig is”, zingt ze. De afstand die deze woorden suggereren staan haaks op het gevoel dat deze scène oproep. Charlotte is bang, maar is ook de laatste die dat zal laten merken.


4. Scène bij het Kurhaus
Erik is bij het verzet gegaan, Anton heeft voor de nazis gekozen en daarbij ook nog eens Bram laten fusilleren. Wanneer de twee elkaar weer zien op het strand van Scheveningen komt alle woede, frustratie en verdriet naar boven. Er ontstaat een gevecht. Een stil gevecht, zonder muziek. Enkel het geroezemoes van het feest in het Kurhaus klinkt. En toch weten we dat dit een sleutelscene in de voorstelling is. Hoewel de setting prachtig is - een echte zee, een levensgroot Kurhaus, en aan het einde actie met knallende mitrailleurs - merken we dat het script van deze voorstelling het meest blijft intrigeren. Laat al het decor weg en je houdt nog steeds een prachtige scène over. De kernvraag - Wat zou jij doen? - komt nergens beter naar voren.


5. Epiloog
Vormgeving is een belangrijk aspect. Maar hoe het decor nou precies in elkaar zit blijft lang een goed bewaard geheim. Tot het einde van de show. Na de landing van Wilhelmina loopt Erik nog eenmaal een rondje langs alle plekken uit de voorstelling. Maar nu blijven de schotten open. We worden als publiek langzaam uit het verhaal gehaald en zien hoe de illusie werkte. Niet voor niets zijn ook de gordijnen bij het verlaten van de zaal open. Door op deze manier iets weg te geven zijn we als publiek weer terug in de gewone wereld.



...en dit hebben we na zeven jaar wel gezien.

6. Het Bombardement
Aan het einde volgt nog het huzarenstukje van het decor: De Dakota. De scène waarin Koningin Wilhelmina weer voet op Nederlandse bodem zet wordt voorafgegaan door een scène waarin we Chris en Erik in een vliegtuig zien op weg naar Berlijn. De setting doet denken aan een pretparkattractie. We zien videobeelden van het bombardement op Berlijn en de twee piloten zitten met de rug naar ons toe. Het werkt, maar wat is het zonde dat de muziek van Rogier van Otterloo niet meer te horen is. De producent heeft niet langer de rechten voor deze muziek, dus is deze vervangen. De scène duurt ook erg lang. Waarschijnlijk omdat de echte Erik en Chris op dit moment heel hard naar de Dakota rennen. Ze moeten Wilhelmina wel op tijd naar buiten laten.

7. De dood van Charlotte
Charlotte wordt na een huiveringwekkende verhoorscène op transport gezet. We zien haar nog twee keer. Een keer met een projectie van barakken, de tweede keer prikkeldraad. Beide projecties suggereren overduidelijk een concentratiekamp. Maar het is teveel. We weten al lang waar Charlotte, inmiddels vermagerd en kaalgeschoren, zich bevindt. Door de projecties wordt de scène minder integer. Waarom ook nog even de concentratiekampen erbij halen? Het is een gedachte die je zonder het prikkeldraad niet zou hebben. Nu voelt het alsof de makers willen zeggen: “Oja, en dit was er ook nog. Erg hè?”. Een leeg toneel met enkel Charlotte zou de scène veel sterker maken. De barakken en het prikkeldraad voelen we dan vanzelf.

30 October 2017
Evenement
Katwijk
TheaterHangaar