The Woman In White is vanaf het begin geplaagd door nogal wat tegenslagen. Zowel Michael Crawford in London als Michael Ball in New York moesten door ziekte de productie voortijdig verlaten en de Broadway première werd overschaduwd door de persoonlijke tragedie die Maria Friedman trof toen de diagnose borstkanker werd geconstateerd.
Bovendien is The Woman In White door de critici met gemengde gevoelens ontvangen. Kritiek was er vooral op het driedimensionale videodesign van William Dudley die zich hierbij liet inspireren door het werk uit de 19e eeuw van de Engelse schilder John Atkinson Grimshaw.
Ik vond het een erg innovatieve en revolutionaire manier om een musical vorm te geven waarbij het mogelijk werd om op een bijzonder ingenieuze manier en binnen een fractie van een seconde van tijd en plaats en ambiance en sfeer te veranderen, en zo het publiek mee te nemen in een andere scène. Een genot om naar te kijken ! Van de sprankelende beelden in de eerste akte rondom Limmeridge House in nummers als ‘Perspective’ en ‘Trying Not To Notice’ en de bedompte en donkere sferen van London en Blackwater House of in sfeerondersteunende projecties als ‘The Nightmare’. Maar misschien verwacht men bij een Webber musical fysieke sets in de vorm van Hollywood mansions of Parijse operahuizen.
Ook het publiek trok niet in grote getale naar dit Victoriaanse melodrama. In een tijd waarin jukebox musicals en vrolijke familievoorstellingen hoogtij vieren en men blijkbaar aan pretentieloos amusement de voorkeur geeft is The Woman In White geen hapklare brok met een vrij ingewikkelde verhaallijn. Blijkbaar is alleen de naam van Andrew Lloyd Webber niet meer voldoende om drommen mensen te trekken. De gevestigde drama musicals uit de jaren tachtig als Phantom en Les Mis zijn hebben zo’n naamsbekendheid dat deze naast de musicalliefhebbers ook drommen toeristen trekken. Nieuwe musicals in dit genre hebben het de laatste jaren moeilijk en een echt nieuwe musical die niet gebaseerd is op bestaand materiaal is tegenwoordig een zeldzaamheid. Erg jammer dat daarom The Woman In White geen langere run gegund was.
De laatste cast was nog grotendeels hetzelfde als in januari alleen is Ruthie Henshall sinds 6 februari vervangen door Yvette Robinson. Deze Australische maakt al sinds het begin uit deel van het ensemble en speelde dus de laatste weken de vrouwelijke hoofdrol. Dat een understudy in London garant staat voor kwaliteit bleek eerder in deze productie met Nicky Adams, nu dus met Robinson die een emotionele Marian Halcombe portretteerde en me bij vlagen deed denken aan de interpretatie zoals Maria Friedman die liet zien.
De laatste voorstelling was een memorabele gebeurtenis waarbij de gehele cast nog een laatste keer alles gaf. De sfeer was geladen. David Burt gaf als Count Fosco nog één keer zijn kunnen ten beste in ‘A Gift For Living Well’ en ‘You Can Get Away With Anything’ waarbij hij op vertederende manier afscheid nam van zijn maatje Vito. Naast de legendarische Michael Crawford is Burt voor mij de meest indrukwekkende Fosco. Hij geeft zijn karakter een flinke dosis humor mee maar is imponerend in zijn woede en waanzin. En ontroerend in zijn stille verdriet als blijkt dat hij zijn liefde voor Halcombe niet kan winnen.
Alexandra Silber die sinds juli 2004 Laura Fairlie speelt en voor wie The Woman In White haar professionele debuut was had het er zichtbaar zwaar mee en was ontroostbaar tijdens het slotapplaus. Damian Humbley speelde zijn Walter Hartright vol vuur en passie. Maar ook Michael Cormick als Sir Percival Glyde en Edward Petherbridge als Mr Fairlie zetten voor de laatste keer op imponerende manier hun karakters neer.
Het ensemble heeft in deze musical niet veel te doen maar op momenten dat ze er moeten staan, staan ze er ook vol krachtige overtuiging in scènes als ‘Lammastide’ en ‘Lost Souls’.
De zaal was naast de reguliere theaterbezoeker duidelijk gevuld met velen die de voorstelling een warm hart toe dragen en getuige wilden zijn van deze allerlaatste voorstelling. De cast en orkest werden terecht beloond met een donderend en staand ovationeel applaus.
Raar om op zondagochtend het silhouet van Anne Catherick nog op de gevel van het Palace te zien, omgeven door de pers quotes op de overkapping en de posters waarbij het “It will run and run” in het bleke ochtendlicht wel erg navrant is.
Als we de persberichten mogen geloven was dit het einde voor The Woman In White in het Palace Theatre maar niet het definitieve einde van deze musical omdat de tourproduktie begin 2007 in Milton Keynes van start gaat.
Ik heb enorm genoten van al die keren The Woman In White in London, erg jammer dat we het voor deze versie nu moeten doen met herinneringen. Maar zoals mede musicalliefhebbers zullen beamen zijn dit herinneringen voor het leven.
Beelden die nooit meer vervagen, als schimmen in de mist die zo weer kunnen verschijnen.