Voor Musicalworld zal ik exclusief elke maand een column schrijven. In deze columns krijg je een kijkje achter de schermen waar een theaterproducent zoal mee bezig is en wat er allemaal komt kijken bij het op de planken brengen een kleinschalige musical.
Het is nu inmiddels 3 ½ jaar geleden, maar het voelt heel anders. Er is erg veel gebeurd in die tijd, teveel om op te noemen. Maar wat een enerverende tijd was en is het! De start van iets moois en een begin met vele mogelijkheden.
Het was in 2010 dat de weg naar Tick, Tick, Boom! — bijna 30 en nog niks bereikt begon. Ik stond op een punt in mijn leven dat ik iets moest veranderen. Tot dan toe had ik altijd gewerkt voor mijn geld en daarnaast ‘leuke dingen’ gedaan, waar ik mijn energie vandaan haalde. Die scheiding werkte niet voor mij, dit moest gecombineerd worden. De energie kwam altijd uit het theater. Daarom koos ik voor mijn passie, het theater. Die was en is mijn fundament, de basis, de vonk. Ik wil producties maken die het publiek raken, die ze aan het denken zetten, ze energie geven en inspiratie bieden. Dan moet het stuk dus inhoud hebben, er moet tussen podium en publiek een mate van intimiteit ontstaan en de kwaliteit van alle facetten moet staan! De juiste mensen op de juiste plaats. Dus koos ik Tick, Tick, Boom! uit als eerste productie. Een verhaal over het maken van wezenlijke keuzes in je leven. Blijf je je hart volgen, ook als je omgeving je probeert een geheel andere kant op te sturen? Het is niet alleen mijn eigen verhaal, maar ook zeer herkenbaar voor anderen.
Na een erg prettig gesprek met Koen van Dijk over het vertalen én regisseren van Tick, Tick, Boom!, ben ik op zoek gegaan naar de hoofdrolspeler die geloofwaardig is in de rol, topkwaliteit heeft én commercieel aantrekkelijk is. Dit zijn voor mij belangrijke componenten om inhoud te kunnen brengen. Zo kwam ik uit bij John Vooijs. Hij was direct enthousiast, want ook hij heeft op zo’n kruispunt gestaan. Vroeger was hij kapper met goede vooruitzichten, maar hij koos ervoor om voor de muziek te gaan. Een goede keuze bleek achteraf. Met de titel, de regisseur en de hoofdrolspeler in de binnenzak, was de tijd aangebroken om de theaters te gaan benaderen.
Het product (zo moet je je kindje soms noemen) onder de aandacht brengen bij theaterprogrammeurs was één van de lastigste punten in de voorbereiding. Niet zozeer het aankondigen van de productie, dat is een kwestie van het versturen van een brochure, maar wel de stap naar daadwerkelijke programmering. Dit kun je neerleggen bij een impresariaat, maar ik wilde mijn persoonlijke verhaal overbrengen en het zelf verkopen. Voor beide opties is natuurlijk wat te zeggen, maar uiteindelijk leek het mij goed voor de continuïteit, de lange termijn, om de contacten zelf te leggen. Het bleek alleen erg lastig om een deel van de programmeurs überhaupt te spreken te krijgen. In mijn onbevangenheid had ik bedacht dat ze wel nieuwsgierig zouden zijn naar nieuwe initiatieven op de markt, maar dat lag net even wat anders. Het grote aanbod van producties en de beperkte hoeveelheid tijd maakt dat veel programmeurs zichzelf afschermen, bewust of onbewust. Het is te begrijpen. Toch heb ik van sommige programmeurs nog steeds geen reactie gehad, ondanks het versturen van de brochure en vele telefoontjes en e-mails. Opmerkingen als: “Ons theater kiest jou, niet andersom. Je kunt echt niet zomaar in onze zaal hoor!” hebben mij in het begin doen twijfelen of ik wel op het goede spoor zat. Gelukkig bleken dit de uitzonderingen te zijn. Uiteindelijk heb ik veel steun gekregen! Mede door de hulp van een aantal programmeurs en theaterdirecteuren, die zich sterk voor me hebben gemaakt, is het uiteindelijk gelukt om een tour van 35 voorstellingen samen te stellen langs mooie theaters door het hele land. En daar ben ik stiekem erg trots op!
Bastiaan Roeters
@broeters