Er was eens, heel lang geleden, geen sprookjesboom. De titel is dus behoorlijk misleidend, want de boom zelf is niet te zien. De boom laat wel van zich horen, al zijn dat ook spaarzame momenten. De hoofdrolspelers in de voorstelling zijn de sprookjesbosbewoners, en dan met name Klein Duimpje en Roodkapje.
In zeventig minuten krijgen we een raamvertelling met daarin 3 min of meer losstaande verhaaltjes, al hoort de derde min of meer bij de rode draad. In de eerste ontmoeten we de draak, die een vogel wil zijn. De tweede gaat over de heks die worstelt met dat iedereen haar lelijk vindt. De derde gaat over Klein Duimpje die, verliefd op Roodkapje, zichzelf wil bewijzen. Roodkapje valt namelijk niet op klein.
Als je in Nederland aan poppenmusicals voor de jeugd denkt denk je automatisch aan Theater Terra. Met spelers die bij Terra hebben gespeeld, een regisseuse met Terra ervaring en een scriptschrijver die er ook niet vreemd is mag je verwachten dat ook deze productie uitstekend in elkaar zit. Het poppenspel is zo goed dat je puur op de poppen gaat letten; poppen die echt gaan leven dankzij prachtige details in armbewegingen en houding. Bijvoorbeeld als Roodkapje en Klein Duimpje ruzie krijgen zijn de bewegingen echt natuurgetrouw. Koen Iking, Mark Haayema, Marike Folles en Nienke van Hassel gaan volledig op in hun karakters, al nemen ze af en toe ook andermans karakter geheel of gedeeltelijk over. De meeste figuren worden dan ook erg mooi neergezet. Het is wel even wennen aan een draak met een vrouwenstem (die hard heel hoog kan). En bij het eerste leuke geluidje als Langnek zijn nek uitstrekt is het schrikken; dit gaan we toch niet de hele voorstelling krijgen. Het antwoord is ja, maar gelukkig is het niet een handeling die heel veel in de voorstelling voorkomt. Angsthaas Ezeltje Strekje is misschien wat te veel een theatrale nicht geworden, maar het maakt zijn korte optreden in de show wel grappig.
Een enkele keer vraag je je af of je het wel goed gehoord hebt. Zo zegt Ko Kabouter op een gegeven moment: “Kabouters zoenen niet, wippen wel maar zoenen niet.” Ondanks ‘kabouter Spillebeen’ wel een opmerking die erg op het randje van ordinair zit. Maar de show zit vol met gevatte opmerkingen die de jongste mensen uit het publiek niet zullen vatten. Als Klein Duimpje,vastbesloten om een held te worden, zijn laarzen heeft uitgedaan is hij een held op sokken. Ook een out-of-the-box-strofe in een van de liedjes “al moet heel rij 2 alweer naar de wc, als het maar gezellig is” is gewoon erg komisch. Voor de jongere kijkers is het bijvoorbeeld leuk als de billen van de wolf in de fik zijn gevlogen (nee, er zijn geen vuureffecten). Of om mee te klappen of te stampen.
Waar de jongsten vooral gecharmeerd zullen zijn van Roodkapje en Klein Duimpje zijn de grote boze wolf en de fakir weer meer de lievelingen voor het volwassen publiek. Slechteriken spreken hen meer aan, en de grote boze wolf is wel heel slecht, maar ook enorm geestig. In de warrige uitspraken van de fakir is ook weer heel veel humor terug te vinden, inclusief spreuken die een tegeltje waardig zijn.
De Sprookjesboom op Reis is een heel sterke voorstelling voor het hele gezin geworden. Cast en creatives hebben samen een heel mooie prestatie neergezet. Chapeau.