‘Bright lights, big city’ is allesbehalve een standaard musical, en zelfs het stickertje rockmusical dekt de lading nog onvoldoende. Het heeft de jachtigheid en energie die erg aan Rent moeten denken, en die we ook vaak in Spring Awakening herkennen. Anders dan de meeste musicals is er niet echt een verhaal met karakterontwikkelingen, waardoor het als stuk een stuk betrokkenheid mist en het dus aflegt tegen de twee. Toch is deze voorstelling zeker interessant. We horen vocale hoogstandjes, en worden meegenomen door in de stroom van deze kolkende rivier. De voorstelling komt op je af, en als je letterlijk zo dicht op de actie zit als tijdens de voorstellingen in de Maassilo, is dit af en toe ook letterlijk te ervaren.
We zien een korte periode uit het leven van Jamie, een jongeman die droomde een succesvol schrijver te worden. Maar het gaat niet zoals hij dat had verwacht. Zijn vrouw verlaat hem, hij is belandt op de afdeling ‘feiten checken’ van een magazine. Dan ontdekt hij het nachtleven, vol drugs en seks, en stort zich er vol in. De relatie met zijn broer Michael is niet goed. Hij wil een afspraak maken voor het verstrooien van de as van hun moeder, maar Jamie reageert hier niet op. En alles lijkt van kwaad tot erger te gaan, met als lichtpuntje de komst van Vicky. Door de drugs ontstaan hallucinaties, met flashbacks uit het verleden. Zo wordt de situatie, onder andere met zijn moeder, wat duidelijker.
De Maassilo, een dansgelegenheid die zich, zoals de naam al zegt, in een oude silo bevindt. Een gedeelte van de ruimte is het ‘theater’. Een bovengang, een bar en een vlakke speelvloer, die in deze setting natuurlijk heel gemakkelijk ook een dansvloer is. Met wat tafels en borden vol kreten, die in de musical een rol spelen, is de setting volledig, en de special-effects (o.a. ballonnen, een orkaan van papiersnippers, bellenblaas) maken het helemaal af.
De opening is fascinerend. Met hun voeten produceert de cast een ritme, dat een hartslag simuleert, om vervolgens met het stomende ‘Mijn stad, mijn hartslag’ (in het Engels ongetwijfeld de titelsong) de juiste toon van het nachtleven deze grote stad te zetten. Stiltemomenten zijn er nauwelijks, rustmomenten in de muziek natuurlijk wel. Toch voelt het alsof je wordt opgepakt en meegesleept, totdat de voorstelling zo’n kleine anderhalf uur later is afgelopen.
Naast het openingsnummer is het lied over Jamie’s haat voor de Fransen een hoogtepunt. Lekker spotten met hun gemeengoed, en de bekende namen. Mijn verbazing over het noemen van Brel in dat nummer wordt al snel een lach. Een ‘collega fact checker’ met een zeurderige stem meldt dat Brel uit België komt, net als wafels.
Op David Schwarz als Jamie na is iedere speler een ensemble lid, die als dat moet een specifieke rol speelt. Vaak is dat dan door een kleine toevoeging aan de kleding, zoals een mutsje, en verder is het natuurlijk duidelijk door spel en tekst.
Dat de cast er zin in heeft is te zien als we wachten om het zaalgedeelte te betreden. Ze dansen en springen, alsof ze energie te veel hebben. Misschien is dat ook zo, maar er blijft nog meer dan genoeg over voor de voorstelling zelf. We herkennen een aantal mensen die we eerder hebben zien spelen. Maarten Redeker viel al vocaal op in Jesus Christ Superstar in het zand en weet hier als Tad opnieuw te overdonderen. Dat belooft veel goeds voor de Jantjes komend seizoen. Marco Hoving en Renée de Gruijl waren te zien in Afblijven, waar laatstgenoemde plotseling de hoofdrol moest spelen en dat ook de hele tour heeft gedaan. Het is even gniffelen als Marco Hoving kennelijk een andere carriere op het oog heeft als hij in deze voorstelling opnieuw de drugsdealer is, maar als de broer Michael weet hij je in zijn emoties ook mee te krijgen. Renéé weet als moeder, toch een rol die ouder is dan zijzelf, en de andere rollen, te overtuigen. Een prachtige actrice, die ook nog eens fraai kan zingen. De derde rol die extra opvalt is die van Vicky. De spontaniteit die Milène van de Smissen in de rol weet te leggen is aanstekelijk. Wie valt nu niet voor zo’n leuke meid. De sterke opening is voor Alexander Brouwer, die als reporter Chuck Bean op dat moment een soort vertelrol heeft om de situatie duidelijk te maken. De andere rollen worden vertolkt door Eke van der Bijl, Erlijn Bakker, Dide Vonk en Diane van Die.
David Schwarz heeft de lastige taak de hoofdrol te vervullen. Een dergelijk karakter maakt het lastig sympathie op te wekken, en lange tijd kijken we alleen maar naar hem. Hij speelt zijn rol overtuigend, maar als tegen het einde van de voorstelling er toch een moment is dat ik compassie met hem krijg blijkt zijn missie echt geslaagd.
Een voorstelling als dit moet natuurlijk met een live band worden gespeeld. Deze band, onder leiding van de bekende Edwin Schimscheimer (in mijn beleving zal er geen Nederlandse artiest zijn die nooit met deze man heeft gewerkt) geeft de muziek de juiste kracht. Natuurlijk betekent dat wel dat er concessies moeten worden gedaan aan de verstaanbaarheid, maar waar het over gaat blijft ook dan voldoende duidelijk.
Dat Rotterdam geen New York is, maar het misschien wel ambieert, merkt de verslaggever op de terugweg. In provinciaal Rotterdam gaan ze ’s avonds gewoon even praktijktesten of de belangrijkste doorgangsbrug het nog doet na een storing die ochtend. Resultaat: het verkeer staat weer een uur stil (kennelijk was de brug niet gemaakt), een verkeersinfarct laat op de avond, en deze verslaggever heeft geen gelegenheid meer om zijn verslag te schrijven.
De voorstellingen in de Maassilo zijn geweest, maar ‘Bright lights big city’ is nog wel te zien tijdens het Festival aan de Maas in Rotterdam. Tevens wordt de voorstelling op 21 en 22 juni gespeeld in M-lab in Amsterdam.
Meer info: http://www.codarts.nl.