Oliver Twist is, waarschijnlijk op A Christmas Carol na, het bekendste verhaal van Charles Dickens. Dit komt niet in de laatste plaats door de bekende musical Oliver!, geschreven door Lionel Bart, en de bijbehorende film. Hofplein Rotterdam speelt nu een eigen musical van dit bekende verhaal, waarbij gebruik wordt gemaakt van bekende nummers uit de pophistorie, die dan weer van een nieuwe tekst zijn voorzien.
De voorstelling maakt gebruik van meestal overbekende songs. Another Brick in the Wall van Pink Floyd, London Calling van the Clash, As tears go by van Marianne Faithful en Blackbird van the Beatles bijvoorbeeld. Ze hebben een nieuwe Nederlandse tekst gekregen. Nadeel van deze constructie is dat de musical ook meteen een popquiz wordt; het raden welk nummer het ook al weer is, wat natuurlijk afleidt van de voorstelling zelf. In het verleden heeft Hofplein wel nieuw gecomponeerde musicals gemaakt, en dat zou in dit geval ook zeker meerwaarde hebben gehad.
Het verhaal van Oliver Twist zal de meesten wel bekend zijn, al zijn er veel bewerkingen geweest die allemaal er hun eigen draai hebben gegeven. Het boek is ook veel te uitgebreid om in zo’n twee uur te vertellen, dus moet er ook in deze versie een boel verdwijnen. Ik hoop dat bekend is dat de bekende musical Oliver! een ander einde heeft dan het boek. Deze versie heeft dat niet, al wordt dat einde wel een beetje weggemoffeld met wat een opmerking van Fagin terwijl deze wordt afgevoerd. Een van de vele toevallen in het boek speelt in de musical geen rol. Er is geen medaillon, en dus ook geen familieband. Een ander wel erg groot toeval, het opnieuw tegenkomen van Noah Claypole als Oliver in Londen is, zien we wel terug in de voorstelling.
In de voorstelling zien we Oliver als nieuwe jongen in het armenhuis/weeshuis. Omdat een van de jongens er slecht aan toe is, wordt er onder de bewoners geloot om een pittige taak uit te voeren. Meer eten vragen. Oliver is de klos, en omdat dit niet wordt geaccepteerd, wordt hij verkocht aan een begrafenisondernemer. Hij (niet in beeld) ziet wel wat in de mooie jongen als voorganger in de stoet, zijn vrouw moet er niets van hebben, en geeft hem het afval van het eten van de hond te eten. Het vriendje van de dochter des huizes, ene Noah Claypole treitert Oliver zo erg, dat deze hem te lijf gaat. Voordat hij terug kan worden gebracht naar het huis, vlucht Oliver, naar Londen, want in het armenhuis spraken ze daarover als een soort beloofde land.
Eenmaal in Londen wordt hij gespot door Artful Dodger, die hem meeneemt naar het huis van Fagin, waar een bende zakkenrollers huist. Hij wordt door hem liefdevol opgevangen. Dodger, en een andere zakkenrolster, Charlie, krijgen de taak hem in huis te trainen, maar ze zijn ongehoorzaam. Ze gaan naar buiten, en tijdens een geslaagde diefstal van een horloge door het tweetal, blijft Oliver staan, en wordt van de daad beschuldigd. Een rechtszaak volgt en Oliver wordt vrijgesproken dankzij een getuigenis, en de jongen mag mee met de bestolene, mr. Brownlow. Zijn huishoudster moet er niets van hebben in eerste instantie, maar als Oliver toch wel erg beleefd blijkt te zijn, smelt ook zij. Intussen is men bij de bende in lichte paniek. Oliver zal hen toch niet verraden. Als Oliver een pakketje moet bezorgen, wordt hij door Nancy en de enge boef Bill Sykes ontvoerd, en door Fagin vastgezet. Sykes ziet wel wat in een inbraak bij Brownlow, waarbij Oliver moet helpen. Maar dit gaat mis, Oliver wordt neergeschoten. Als blok aan zijn been wil Sykes Oliver uit de weg ruimen. Maar Nancy wil dat niet, en probeert Brownlow te waarschuwen. En laat dit nu net gezien worden door Noah Claypole, die als assistentje van Sykes opnieuw is opgedoken…
Musicalworld zag cast B aan het werk, wat inderdaad impliceert dat er ook een cast A is. Twee rollen worden in beide casts door dezelfde persoon gespeeld: Bill Sykes door Faissel Asserti, en Fagin door een onherkenbare René Groothof. Fagin is bij hem een vies mannetje, die door zijn sympathie voor Oliver ook nog wel wat sympathie van het publiek krijgt, iets wat totaal verdwijnt als hij Oliver opgeeft. Faissel Asserti is als Bill Sykes wel duidelijk een schurk, maar kan nog wel een tandje extra gewelddadigheid gebruiken.
Mees Timmenga speelde Oliver, en deed dat uitstekend. Qua zang was vooral As tears go by erg sterk, en qua spel overtuigde hij volledig. Prachtig is Mandy Deegeling als Nancy. Opvallend sterk in wat kleinere rollen zijn Ruben Mijnster als Mr Browlow en Wende Pollé als Mrs. Bedwin.
Het decor is ingenieus, een exterieur en interieur van een huis, van hout, en redelijk open. Door snelle draaiingen wordt er soepel van scène gewisseld. Mooi is het plaatje van nette buurt naar achterbuurt, waar een aantal van de spelers tijdens de draai van kostuum wisselen. Net als bijvoorbeeld de rechter, die met de lange staarten van zijn pruik buiten zijn hokje hangt.
Oliver! Is een van de beste musicals ooit geschreven, dus de vraag is of het verstandig is om juist van dit verhaal weer een eigen productie te maken. De vraag daarna is of het slim is om dat met wereldberoemde nummers te doen. Afgaand op het eindresultaat kan de eerste vraag met een voorzichtig ja worden beantwoord. Oliver Twist is voldoende afwijkend van Oliver! om zelfstandig te bestaan. De tweede vraag zou ik met nee willen beantwoorden. Een enkele keer past de klassieker als een jas (Another brick in the wall), maar vaker werkt het niet, met de surf-klanken bij het bestuur van het armenhuis als dieptepunt. Over de uitvoering door de band van die nummers overigens niets dan lof.