De 3 Biggetjes was één van de grootste musicalsuccessen van Studio100. Dit had natuurlijk zeker ook te maken met het meespelen van K3. Succes roept om herhaling, en zo ook bij de 3 Biggetjes. De herneming is nu een feit.
Er is ditmaal wel gekozen voor een andere aanpak. De intimiteit van het theater is verlaten en er is intrek genomen in grote hallen. In Nederland is het het Rotterdamse Ahoy geworden, tevens de grootste hal van de drie waarin de show te zien is. Tijdens de paasdagen dansen de biggen, zingen de wolven en bibbert het konijn meerdere malen per dag.
Het verhaal van de musical begint jaren na waar de bekende vertelling stopte. Eén van de drie biggen (allen zijn vrouwelijk in deze versie) leeft met haar drie dochters nog steeds in het stenen huisje, dat is omgebouwd tot een heuse herberg voor de dieren uit het bos. De grote boze wolf Baltimoor woont ook nog in het bos, en is er dus in al die tijd niet in geslaagd één van de biggen te vangen. Hij heeft wel drie zoons: Willy, een stoere macho, Waldo, een denker en Wuppert, een domoor.
Het is nu aan hen om te doen wat vader niet lukte. Het vangen van een big, of liever gezegd, de drie biggetjes. Het valt natuurlijk te verwachten dat de show (geschikt voor groot en klein) niet zal ontaarden in een ware slachtpartij. De goede verstaander zal een groot deel van de ontknoping ook zeker mijlenver zien aankomen.
De herberg met een door de roze kleuren en neon ietwat Amerikaans uiterlijk staat op het grote podium en kan ronddraaien. Op de achterzijde is een rotspartij, waarop ook een aantal scènes wordt gespeeld. Achter het podium bevindt zich een wit scherm (halfrond in de vorm van de wielerbaan). Hierop wordt met eenvoudige projecties het podiumbeeld aangevuld.
De wolven hebben hun intrek genomen in een oude auto, dat op een rond podium meer richting het midden van de zaal staat. De auto kan in de grond zakken, zodat deze volledig uit zicht is. De twee podia zijn verbonden met een soort catwalk waarop zich een stuk bewegend podium bevindt, maar dat ook is voorzien van een aantal luiken.
Voor de mensen die wat verderaf zitten, en dat zijn er in deze hal een behoorlijk aantal, is aan weerszijde een scherm te zien waarop live close-up beelden van de verrichtingen van de spelers te zien zijn. De details in de grime zijn zo goed te zien. Toch geven deze beelden een dubbel gevoel. Het spelen in een arena als deze dwingt tot overacting, zeker ook in gebaar. En juist op de schermen komt dat weer erg overdreven over.
De troef in de verkoop van de show is natuurlijk K3. Zij zijn de hoofdrolspelers en de lievelingen van zeker het jongere gedeelte van het publiek. Dat de dames niet behoren tot ’s werelds grootste vocalisten is wel bekend.(Bekijk anders eens de DVD van de musical “De Kleine Zeemeermin”). Toch slagen ze er in de samenzang ook live moeiteloos in het bekende K3-geluid te produceren. Dan is het zuiver en klinkt het gewoon goed.
Ook de rollen van de drie wolven mogen als hoofdrol worden bestempeld. Ondanks dat twee eerdere voorstellingen op deze dag qua zang een beetje hun tol lijken te hebben geëist speelt David Michiels zijn machorol met verve. En met grootse gebaren, maar dat past in deze cartooneske voorstelling. Peter Thyssen is de schlemiel van het trio. Niemand in de zaal zal waarschijnlijk geloven dat iemand zo dom kan zijn en dat past ook weer naadloos in de opzet. Patrick Onzia is juist de slimme van het stel, maar heeft daarmee ook de meest kleurloze rol binnen de wolvenzoons. Hij slaagt er dan ook niet in op te vallen.
Wolf Baltimoor, gespeeld door Dirk Lavrysen, is het enige personage dat echt wat diepgang heeft meegekregen. Hij lijdt onder zijn verleden en het falen van zijn zoons en ondanks het mishandelen van zijn jongste zoon geeft het hem toch een echt menselijk karakter.
Biggenmoeder Ganda (Daisy Thijs), vos Loewie (Door van Boeckel) en konijntje Pluisje (Free Souffriau) zijn allen gewoon goed, maar hun rol in het stuk is zeer beperkt, en bestaan dan ook nog eens voornamelijk uit spel, in plaats van zang.