Choreograaf Ed Wubbe kiest niet voor de gemakkelijke weg. De opening van de show, waarin het gezelschap van negen dansers en muzikanten het podium betreedt, en als een groep een langzaam een scheepsgeluid opzet en weer laat vervagen voelt vervreemdend, maar noch indrukwekkend noch komisch. Die gevoelens komen pas wat later. De dansen in de voorstelling zorgen voor het eerste, terwijl de momenten dat de Wereldband de spotlights pakt doorgaans een dikke lach op je gezicht weten te toveren.
Hoogtepunten zijn er als dit samen gebeurt: zoals wanneer bijna het voltallige gezelschap in een drie-laags stapelbed duikt. De band blijft er spelen, en de dansers kleden zich er om. Twee dansers passen er niet meer bij, waarschijnlijk omdat de contrabassist, liggend op de onderste laag, bovengemiddeld veel ruimte nodig heeft. Ook de scene waarin de band aan tafel zit, en hen steeds andere instrumenten geserveerd worden is bijzonder geestig. Dat we ons op een schip bevinden, is duidelijk aan de kostuums. Soms lijkt ook precies duidelijk waar we naar kijken, een scheepsappel, een deinend schip of een scène onderwater, maar er zijn ook wat abstractere scenes, die opvallen in hun schoonheid en meer de fantasie prikkelen. Soms wordt dat wat lastiger, als de begeleidende geluiden wel erg maritiem, maar niet aangenaam zijn, zoals een monotone scheepshoorn. Hoewel het knap is dat met muziekinstrumenten zulke authentieke geluiden kunnen worden gemaakt, begint het na een tijdje ook op de zenuwen te werken en zou je willen dat er een ander thema gekozen zou zijn. Gelukkig is er wel genoeg afwisseling tussen deze, en erg muzikale momenten, natuurlijk de kracht van de Wereldband. Er komen diverse muziekstijlen in vele talen voorbij, om over de scheepslading aan instrumenten nog maar te zwijgen.
Dat een dans niet alleen de liefhebber, maar ook de ‘gewone mens’ kan ontroeren, blijkt uit de winst van Shinshan in ‘Holland’s got Talent’ dit weekend. Ook in deze voorstelling zit een moment dat dat zou kunnen veroorzaken, als er wordt gerefereerd aan het verdronken vluchtelingenjongetje. Helaas wordt hier te weinig tijd voor genomen. Het net niet halen van de eindstreep voelt nog niet serieus aan, hooguit wat zielig, terwijl het dramatische vervolgbeeld van een man met een dode in zijn handen voorbij is voordat het echt kan indalen.
All Hands On Deck blijft eerst en vooral een voorstelling van Scapino Ballet: een showcase van kundige dansers in een nautische setting. waarin de Wereldband ook zijn klasse kan laten zien. De hoogtepunten bevinden zich daar waar dans, muziek en komedie samensmelten, op andere momenten werken geluid en dans elkaar tegen. Al met al is de voorstelling voor een dansliefhebber het zien zeker waard> Voor wie wat minder met moderne dans heeft in All Hands On Deck een laagdrempelige kans tot kennismaking. Door de variatie slaat de verveling in deze eenakter in ieder geval niet snel toe.
Foto’s: Rob Becker en Bas Czerwinski