Nu het einde in zicht is is het een mooi moment om eens naar voren, terug en gewoon rond te kijken. En dus werden de jongens voor hun optreden in Almelo onderworpen aan een vragenvuur.
Over het spelen in en gaan naar musicals.
Drie van de vier vinden het gaan naar musicals leuk om te doen. Voor Christaan zit de lol vooral in het spelen en hij zal dan ook minder snel een musical als toeschouwer bezoeken. Ze hebben zelf Pietje Bell respectievelijk nog nooit of 1 keer gezien. Alleen Pim Wessels heeft, dankzij de interviews, Pietje Bell vijfmaal gezien. “Helaas was drie keer daarvan met dezelfde cast. Ik had graag ook andere gezien.” Op de vraag of er echt andere dingen in zitten als een andere cast speelt, wordt in eerste instantie ontkennend geantwoord. Er is een spelregisseur speciaal voor de kinderen die daar voor zorgt. Natuurlijk heeft elke speler zijn eigen kwaliteiten. De ene zingt beter, de ander speelt of danst beter, maar er zijn verder geen opvallende verschillen. Natuurlijk spelen de vaste acteurs soms dingen wel anders, zodat het geheel ook anders wordt. Dan komt het allemaal net anders uit. En dat is meteen ook het leuke: de eigen invulling die je aan de rol moet geven.
Over het krijgen van de rol.
Op de CV’s van de jongens staan nogal wat eerdere musicals. Hoe zijn ze bij Pietje Bell terecht gekomen en voor welke rol gingen ze.
Zou je op grond van CV’s met o.a. Oliver, the Sound of Music, Hamelen, Alleen op de Wereld en
Doornroosje verwachten dat je in een soort molen terecht komt; niets is minder waar. De vacatures werden van internet gehaald. “Je hoort natuurlijk wel eens wat en je weet uit ervaring wel waar je moet zoeken.” Na de auditierondes kregen ze via een brief te horen dat ze waren uitgekozen.
Pim was uiteraard blij dat hij Pietje was geworden, Martijn dat hij Sproet werd, Martijn had “natuurlijk liever Pietje geworden, dat wil denk ik iedereen” maar was uiteindelijk ook wel blij met Engeltje. Voor Christian is het steeds spannend geweest of hij wel of niet mee kon doen tijdens de repetities, maar heeft tenslotte toch de rol gekregen.
Over de show zelf.
Op de vraag, wat ze denken dat ze in de toekomst vooral bij zal blijven als ze terugkijken naar Pietje Bell, kunnen ze eigenlijk nog niet echt antwoord worden gegeven. Dat zal de tijd leren. Voorlopig zitten we er nog steeds middenin. Martijn C: Nu denk je nog dat alles je zal bijblijven, maar over een jaar. Dan zal een ander je aan iets helpen herinneren en dan krijg je het oh-ja-gevoel.
Pim denkt dat zeker de premiere die ze hebben mogen spelen (zijn eerste premiere) en de zeer positieve reacties daarop hem zeker wel zullen bijblijven.
Voor Christian zullen de wortels wel nooit worden vergeten. In het begin vond hij het niet zo geslaagd. Inmiddels wordt voor de zekerheid bij de voorstelling een voorraad van thuis meegenomen; ook vandaag is er weer een pak wortels meegenomen.
Het “ander onderwerp”-woord: School.
Er wordt best veel gereisd voor sommige voorstellingen. Naast Rotterdam en Almelo werden bijvoorbeeld ook Groningen en Limburg aangedaan. Het kost dus veel tijd. Gaat het niet ten koste van de “school”. Het merendeel heeft geen problemen “gaat prima”, “ach. ik heb wel een paar onvoldoendes, maar gaat wel goed” en in 1 geval gaat het wat minder, zo mag uit wijselijk zwijgen en de hints van zijn bende-vriendjes worden afgeleid.
Over de toekomst
Kijkend naar het komende seizoen lijken er weinig producties rollen voor de jongens te bevatten. Billy Elliott valt even, maar gezien de hoeveelheid dans in die rol ziet niemand zichzelf hem spelen. Er wordt ook twijfel uitgesproken of er in Nederland wel geschikte mensen voor die rol zijn.
Naar de verre toekomst toe zien Pim wel toekomst in de theaterwereld. Hij moest er voor een project op school ook al over nadenken. De anderen zijn minder zeker. Ze zien wel; het is nog zo ver weg.
De rol en jezelf
Geen van allen meent dat ze veel hebben overgenomen van de rol die ze spelen. Het zijn nogal karikaturen. Na enige aandrang, “omdat zij het zeggen”, geeft Pim toe toch wel wat van Pietje te hebben. Hij herkent het “goede bedoelingen die fout gaan” wel een beetje in zichzelf, wat tot enige hilariteit leidt. Dat Pietje inderdaad wel een beetje in hem is gekropen blijkt uit de licht verontwaardigde en verbaasde blik bij de opmerking dat Pietje naast de goede bedoelingen die fout gaan toch ook wel een bazig type was.
Erg veel overeenkomsten tussen Sproet en Martijn lijken er niet te zijn. De opmerking dat Sproet eigenlijk de sympathiekste is geeft zelfs een afkeurende reactie. “Maar hij steekt de boel in de fik.” De gedachte van de interviewer dat dat een nogal domme maar wel begrijpelijke reactie was na het trucje dat Pietje hem er vlak voor flikte houdt hij maar voor zich, ook al omdat hij deze reden niet meer helemaal op zijn netvlies had staan.
Als het dan voor de jongens tijd blijkt te zijn voor de laatste voorbereidingen is vooral 1 ding erg duidelijk geworden. De lol en het enthousiasme straalt er vanaf. Credits hiervoor gaan ook naar begeleidster Edwina Zwikker, de ze de liefste nanny van de hele wereld noemen. De betrokkenheid is zodanig dat Martijn Canters vergeet het laatste gedeelte van zijn italiaanse avondmaaltijd op te eten. Het belandt uiteindelijk koud in de afvalbak. Als dan de voorstelling is begonnen vallen ook een boel van de soms wat vreemde opmerkingen tijdens het gesprek weer op z’n plaats. Het waren citaten uit de musical zelf.