Zelden zal een voorstelling van jeugdtheater Hofplein zo griezelig zijn geweest. “Het weeshuis van de verloren stemmen” kent een aantal enge momenten, en ook een paar lugubere. Tegelijkertijd is het een van de beste scripts die Hofplein de laatste jaren heeft opgevoerd.
De voorstelling begint met een spelletje verstoppertje van een schoolklas op kamp. Een groepje van zes leerlingen besluit het avontuur op te zoeken. Als de groep met een hoosbui terug naar het kampterrein gaat, blijven zij ongemerkt in het bos achter. Ze komen uiteindelijk terecht in een verlaten weeshuis, waar duidelijk iets ergs gebeurd is. Politielinten (wel een behoorlijk anachronisme zal later blijken) en bebloede lakens zijn hier de tekenen van. En dan blijken ze ook nog niet alleen te zijn. Een oude man met een bijl doolt door het gebouw…. En zagen we geen geest op de schommel. En wat heeft de speeldoos ermee te maken.
De zes kinderen op avontuur vertolken hun rollen mooi. Het kibbelen, de soms ongemeende botheid, de angst en de eigen karakters van Eddy (Nick Roggeveen), Tim (Dorian Bindels), Chantal (Annegie Straetemans) , Fleur (Thara Leutscher), Maaike (Lisa Walraven) en Henk (Justin van den Berg) maken dat het gemakkelijk is met ze mee te leven. Persoonlijk favoriet is Henk, die met zijn feitenkennis de opbeurende woorden van een andere feilloos weet te ontkrachten en meteen je de moed in de schoenen laat zakken.
Hofplein-stukken kennen vaak bijrollen die zo geestig zijn dat ze op momenten de show volledig kunnen stelen. In deze voorstelling zijn dat de twee politieagenten De Wit (Fleur Alders) en Van Dijk (Nanoek Knoester) op hun tandem met zwaailicht en reflecterende politiestrepen; agenten van het type bromsnor die door de dames, voorzien van vette snor, geweldig geestig worden gespeeld.
Op een andere manier valt Jopie (Wessel van der Kraan) op. Hij speelt vertederend en toont zijn gouden strot als hij de sopraanpartij van het lied Mi nu Cara zingt.
Zoals elke winterproductie kent ook deze een volwassen acteur. Fred van der Hilst speelt “Anton van Staal”, over wiens rol weinig te zeggen is zonder een verrassende wending in het verhaal te verraden, fraai.
Martin Bakker zorgt voor een zeer gevarieerde soundtrack, van hoempa tot rock ‘n’roll, van tango tot Afrikaanse muziek. Een goede score, met als enige zwakke moment het rapnummer van de ratten, dat muzikaal een net-niet gevoel achterlaat, maar wordt gered door de uitvoering vol stereotypen van het genre. De kostuums zijn weer prima in orde. De vleermuizen en ratten hebben iets schattigs over zich, terwijl de zombies toch wel eng blijven. De felgekleurde regenjassen zijn uiteraard praktisch bij een snelle verkleding, maar tegelijkertijd passend. Het decor ondersteunt de voorstelling goed, en met het gaasdoek zijn mooie effecten gemaakt. Mooiste effect: het jongetje op de schommel. Eerst is de schommel leeg, dan zit er een jongetje met een speeldoos op, en vervolgens staat alleen de speeldoos er nog maar.
Martin van Waardenberg schitterde zelf in ‘De Snoepwinkel van Zevensloten’ als snoepindustrieel. Met deze voorstelling toont hij ook een sterk stuk te kunnen schrijven. Alleen de zombies lijken er een beetje met de haren bijgesleept (in figuurlijk zin dan, letterlijk wordt dat lastig) om er een extra dansscène aan toe te voegen. De vertelling onder regie van Jaco van der Moolen en choreografie van Jaakko Toivonen is verder helder en mooi, ook als er veel mensen op het toneel staan.
Het leeftijdsadvies 4+ lijkt me wel wat aan de jonge kant. Ouders kunnen waarschijnlijk wel beoordelen of hun kind de koddige kostuums van de enorme ratten en vleermuizen juist grappig of enorm eng vinden. De eerste rijen hebben het risico op zombie die wel heel dicht bij komen. Verder kent het verhaal een lugubere wending. Het kind moet dus wel een beetje stevig in zijn of haar schoenen staan. Maar als dat zo is, dan is deze voorstelling puur genieten. Genieten van de griezelmomenten, genieten van de prima prestatie van de cast, genieten van de lekkere songs en genieten van de heerlijke humor. En wie zich helemaal wil laten verrassen kan beter niet naar de fotoborden van de casts in de zaal of de castlijst op het internet kijken; de rolverdeling verraadt namelijk wel wat van de wendingen van het stuk.
Wij zagen de première voorstelling van cast A. De voorstelling wordt afwisselend gespeeld door cast A en cast B. Het weeshuis van de verloren stemmen is nog te zien tot en met 7 februari 2010.
Foto’s: Maarten Laupman