Als Theo Nijland een stuk schrijft dan weet je dat het iets ongebruikelijks wordt. Ook ditmaal blijkt dat het geval. Hij schreef ‘Tot zover’, uitgevoerd door de vierdejaars van de Frank Sanders’ Akademie voor Musicaltheater, die hiermee voor het laatst samen speelden.
Tot Zover begint eigenlijk al bij binnenkomst in het gebouw. De voorstelling wordt in het Boulevard Theater gespeeld, dat in een schoolgebouw (tegenover de Rai) ligt. Om daar te komen is altijd al apart, maar ditmaal wordt je als bezoeker door een medewerker van een uitvaartcentrum (of kraai, zo je wilt) opgewacht en met een roltrap naar een wachtruimte op de tweede etage gebracht. Vanaf daar werd je dan in een groepje naar de theaterzaal (of aula) begeleid.
Dan begint de uitvaart, maar het door 6 kraaien gezongen Waarheen waarvoor ontspoort al behoorlijk. De weduwe op de voorste rij dirigeert de ceremonie, en corrigeert waar ze kan. Ook als de kleinzoon een speech geeft. Na de zoveelste fout volgt een verrassende twist. Dit is geen echte uitvaart, maar we zijn in een opleiding belandt. En de weduwe, in wie we Mylene d’Anjou herkennen, is de docenten. En zo worden de leerlingen ook gewoon met hun echte voornaam aangesproken. Toetsenist van dienst is Hilmar Leujes, die naar goed gebruik ook echt deel uitmaakt van de voorstelling.
Verschillende situaties passeren zo de revue. Zo is daar onder andere A349, de dode zonder een cent te makken. De doodzieke alternatievelinge met de bakfiets, die door haar ‘vrienden’ de Mount Everest op werd gesleept. De moeder, die meer van Frank Boeijen hield dan van haar zoon. De vriend die niet geloofde en de speech die zijn wel gelovige vriend bij zijn kist houdt. Hoewel alles bloedserieus wordt gespeeld, worden slapstickachtige blunders afgewisseld met woorden, die komisch en schrijnend tegelijk zijn. En dan blijkt de situatie waarin de docente verkeert in alle ernst ook iets tragisch te hebben. Meest indrukwekkende moment is de uitvaart van een klein kind. Een indrukwekkende speech, die de docente zo raakt dat ze de leerlinge onmiddellijk laat slagen. Zij barst in een enorm gejuich uit, en de verontwaardiging bij de medeleerlingen is enorm. Begrijpelijk, als blijkt dat haar ‘materiaal’ voor één van hen bittere waarheid was.
Op een vreemd intermezzo onder de titel Calamiteiten na, waar een soort totale anarchie op luide muziek werd uitgebeeld, is de voorstelling zeer geslaagd, al is het voor het publiek lastig om dit te uiten. Naar de regels van het uitvaartcentrum, bijvoorbeeld geen seks op en rond de kist, geen dwarsfluit, geen vuurspuwen en geen applaus, wordt het eerste geklap van het publiek ook meteen afgekapt. Dat betekent ook geen eindapplaus, maar een condoleance-rij, waarbij je alle spelers een handje kon geven. Toen de dames en heren (Pascal van Dijk, Christian van Eijkelenburg, Marco de Kramer, Nienke van der Linden, Maikel Nieuwenhuis, Michael de Vriend en Corien van der Zwaag) vier jaar geleden begonnen hebben ze vast geen huwelijkse eed afgelegd. Maar toch zijn ze bij elkaar gebleven, tot de dood hen scheidde.
Nieuwsgierig geworden? Helaas is het te laat. Afgelopen zaterdag werd de voorstelling voor het laatst opgevoerd.