Recensie

Grootse shop of horrors

Een vrolijk feestje, maar wel van het beetje lugubere soort. Little Shop of Horrors van KotéKoer weet op alle vlakken te imponeren en te boeien.

KotéKoer heeft in het korte bestaan al een goede naam opgebouwd.  De voorstelling die het ontstaan van de vereniging inleidde, Honk!, is één van de allerbeste amateurmusicals ooit, en ook opvolger Peter Pan was bijzonder goed, met sterke spelers en een mooi visueel plaatje.  Dit jaar zijn het wat kleinschaliger voorstellingen. Eerder dit seizoen speelden de jongeren een buitengewoon charmante Seussical in CC De Dijk in Brugge, en nu is het in hetzelfde theater de beurt aan Little Shop of Horrors.
Little Shop of Horrors vertelt het verhaal van Seymour,  een sullige medewerker van een bloemenwinkel, die een geheimzinnige plant koopt . Een totaal onbekende soort,  en hij heeft dan ook geen idee wat hij moet doen als het geven van water er niet voor zorgt dat het beter gaat met de plant. Bij toeval komt hij erachter dat een paar druppeltjes bloed uit zijn vinger wonderen doet.
Seymour is stapel op de andere medewerker van de winkel, Audrey. Zij heeft een verleden, en heeft een relatie met een gestoorde tandarts, die haar regelmatig mishandelt. Als zij nog niet door had dat Seymour een oogje op haar heeft,  want natuurlijk durft hij het niet te zeggen, moet de naam die door hem aan de plant wordt gegeven, wel een teken zijn. Hij heeft de plant de naam Audrey II gegeven.  Met het plaatsen van de plant in de winkel van zijn voogd, meneer Mushnik, hoopt hij clientèle te krijgen, want het gaat niet goed met deze winkel op Skid Row.  En dat klopt ook. Mushnik, die hem als wees heeft binnengehaald en nooit liefde toonde, wil hem zelfs adopteren. Maar met het groeien van de plant ontstaat ook een probleem. Hoe moet deze worden gevoed?
Net als eerdere voorstellingen oogt deze Little Shop of Horrors weer prachtig. Het decor en vooral de diverse stadia van de plant, geïmporteerd uit Engeland, zien er fantastisch uit. De hoofdcast zingt en acteert uitstekend.  Matthijs Vandekinderen is aandoenlijk als de sukkelige, onzekere Seymour. Hij heeft zich een nerderig stemgeluid aangemeten, dat hij goed volhoudt, tot in de liedjes aan toe. Bij Lise Tamsin vrezen we aan het begin even voor een erg broos stemgeluid, maar dat blijkt onterecht. Ze vertolt Audrey bijzonder sterk. Pieter Roets is een overtuigende Mushnik, en maakt samen met Seymour van het nummer Mushnik en Zoon tot een ware showstopper. Jonas Jaques is lekker verknipt als de sadistische tandarts Scrivello, en leeft zich heerlijk uit in het nummer Tandarts. Tenslotte zorgen de drie zangeressen (een structuur die de meeste mensen van de Disneyfilm Hercules zullen herkennen) voor uitstekende vocalen. De achtkoppige band zorgt voor een perfecte begeleiding.
Veel van de karakters zijn stereotypes, die behoorlijk over the top zijn. Desalniettemin slepen ze je mee in hun verhaal, en zijn de emoties van met name Seymour en Audrey heel herkenbaar. Dat de voorstelling op verschillende manieren te beleven is blijkt vooral bij het lied Samen met Seymour. Waar de ene helft vooral lacht om het gestuntel van met name Seymour, zijn anderen oprecht geroerd door de emotie van het moment. De plant is een karakter op zich. Als kleintje wordt hij goed bediend door Vandekinderen, met een mooi moment als hij even de vierde wand doorbreekt. De gigantische ‘volwassen’versie beweegt erg natuurlijk, en is ondanks het tamelijk absurde gegeven behoorlijk griezelig.
Little shop of Horrors is de eerste musical (1982) van het duo Alan Menken en Howard Ashman, gebaseerd op een cultfilm uit de jaren 60. Wat later ook met bijvoorbeeld The Producers en Hairspay gebeurde, overkwam deze musical in 1986. Van de musicalversie van de filmbewerking werd weer een film gemaakt. Het duo is echter vooral bekend van hun medewerking aan de bekende Disneytekenfilms The Little Mermaid, Aladdin en Beauty and the Beast. Maar ook in Little Shop of Horrors is hun kwaliteit al goed te horen, van aanstekelijke nummers als de titelsong en bijvoorbeeld Dentist, tot het gevoelige Suddenly Seymour , dat als los nummer op menig concert wordt gezongen en op diverse soloalbums voorkomt.
Little Shop of Horrors is een nieuw hoogtepunt in de Vlaamse amateurmusical. Een sterke uitvoering van een bijzondere musical, die niet het cliché-einde heeft dat veel musicals kenmerkt.  De voorstelling is de komende twee weekenden nog te zien in CC De Dijk in Brugge. Thuisblijvers krijgen ongelijk.

17 May 2013
Première
Brugge (BE)
CC De Dijk
http://www.kote-koer.be
little shop of horrors, recensie, kote koer, brugge, matthijs vandekinderen, lise tamsin

Over de auteur

Jeroen schreef dit artikel voor jou

Jeroen

Jeroen is sinds 2005 redacteur van Musicalworld. Hoewel Jeroen al jong in aanraking kwam met theater, is zijn passie voor musical pas deze eeuw tot volle bloei gekomen. Hij was zeer onder de indruk van de eerste voorstelling van Cats, en de Nederlandse versie van Oliver uit 1999, op basis van de film al een van zijn favorieten, was de eerste voorstelling die hij meermaals zag. Toch waren deze bezoeken eerder sporadisch dan frequent. Sinds hij redacteur is van Musicalworld bezoekt hij meer dan 100 voorstellingen per jaar. Jeroen is de Musicalworld-specialist op het gebied van familievoorstellingen en kindervoorstellingen. Hij is tevens de correspondent voor Vlaanderen. Ook in Duitsland en Engeland (Londen) is hij regelmatig te vinden. Hij doet ook verslag van amateurvoorstellingen die voor neutrale toeschouwers de moeite waard zijn. Tot zijn favoriete musicals behoren naast Oliver! meer musicals met kinderen in de hoofdrol. "Billy Elliot" is zijn all-time favorite, maar daarnaast moeten zeker "Whistle down the Wind", "Matilda" en "The Secret Garden" worden genoemd. Daarnaast zijn Chicago, Come from Away, Spamalot en Soho Cinders voorstelling met een ongelofelijke aantrekkingskracht. Hoogtepunten in het jukebox-genre: Our House, Ich war noch niemals in New York en Ich Will Spass? (en voorganger Doe Maar). Favoriete Nederlandse producties zijn: Ganesha (een Perfecte God), Lelies, Wat zien ik? en Kuifje. Naast het bezoeken van musicals is hij een frequent bezoeker van attractieparken. Favoriete park in Europa is Europa Park (met een uitgebreid entertainment programma). Naast deze tijdverslindende hobby is Jeroen ook nog werkzaam in de ICT.

Meer van Jeroen

Meer artikelen van Jeroen

Delen