De musical is gebaseerd op het boek en het toneelstuk “Rebel met vleugels” van Marcel Roijaards. Een goede keuze, want de vertelling is helder en boeiend, en biedt toch genoeg ruimte voor de humor waarmee de voorstellingen van NME Kids on Tour doorgaans doorspekt zijn.
Voor een voorstelling vang je altijd flarden van gesprekken op, en tot mijn verbazing blijkt het oorspronkelijke verhaal van Icarus niet bij iedereen bekend. Het maakt deel uit van de Griekse mythologie. Icarus is de zoon van Daedalus, een geniaal uitvinder en architect, die door de koning van Kreta gevraagd wordt een labyrint te bouwen. In dit labyrint zal een monsterlijk wezen huizen, de Minotaurus geheten. Omdat de koning niet wil dat het geheim van het doolhof bekend wordt, sluit hij Daedalus en zijn zoon op. Ze weten te ontsnappen met een vleugelconstructie van veren en was. Maar ondanks de waarschuwing van zijn vader om niet te laag te vliegen (het water maakt de vleugels nat) of te hoog (de veren verbranden), vliegt Icarus hoger en hoger. De was smelt en hij stort te pletter in zee.
Roijaards heeft een prachtige bewerking van dit verhaal gemaakt, waarbij hij niet alleen de figuur Icarus meer karakter geeft, maar ook het verhaal van Theseus, die het doolhof in gaat met het doel de Minotaurus te verslaan, en die daarbij hulp krijg van Minos’ dochter Ariadne, op een fraaie manier integreert. Want is wat er verteld wordt en opgeschreven is, wel dat wat werkelijk is gebeurd.
De voorstelling kent zes vertelsters, die terugblikken op wat er werkelijk is gebeurd, en duidelijk idolaat zijn van de jongen. Aan de andere kant van het podium zit een kritische boer, die vindt dat je met beide benen op de grond moet blijven, en zo nu en dan zijn mening geeft. Dat Icarus nu niet meer leeft is dus voor iedereen snel duidelijk. We zien hem binnenkomen in de schoolklas als nieuwe leerling, en hij blijkt meteen een buitenbeentje. Het alfabet doet hem niets, (daar wel hebben meer leerlingen last van) maar is juist wel geïnteresseerd in grotere filosofische of natuurkundige vraagstukken. De docente is hier niet van gediend, en sluit hem op. Met deze rebelse houding en stoere uiterlijk ligt hij goed bij zijn vrouwelijke leeftijdsgenootjes. En hij houdt ook weer van hen allemaal. Maar als Ariadne, dochter van koning Minos langskomt, zijn deze gevoelens voor haar nog veel sterker. Niet alleen op school heeft hij zijn hart op zijn tong. Als Minos op bezoek gaat bij Daedalus schoffeert Icarus de koning, en weet Daedalus met uiterste moeite de koning in bedwang te houden. Even daarvoor is Icarus ook al door het oog van de naald gekropen, als Ariadne tegen haar vader haar gevoelens voor Icarus verzwijgt. Minos wil iedereen die naar zijn dochter kijkt een kopje kleiner maken. Maar waar Ariadne tot in de eeuwigheid bij Icarus wil blijven, kan Icarus niet een verbintenis van die duur aan, ondanks zijn gevoelens voor Ariadne. En als de Atheense held Theseus langskomt zijn Icarus en Ariadne gedwongen keuzes te maken…
Max Laros speelt Icarus, en doet dat overtuigend. Het is wel duidelijk waarom al die meiden gek op hem zijn. Celine Rietmeyer is Ariadne, en weet het publiek mooi in haar zielenroerselen mee te nemen. Iris Bakker overdondert als koning Minos, zowel in haar aanwezigheid als in haar stemgeluid. Niek van de Deijl was in vorige producties altijd al opvallend in komische rollen; nu kan hij dat ook weer laten zien als stuudje van de klas, en later als, Theseus, heldhaftig in woorden, maar minder in daden. Ook Robin de Weert mag niet onvermeld blijven. Hij speelt het norse boertje, grappig karikaturaal, met een overtuigend accent. De rol krijgt aan het eind echter zo’n prachtige draai dat de tranen in je ogen schieten.
De voorstelling oogt sober. Kostuums in wit en blauw, veelal samengesteld uit oude(re) stukken kleding. Een podium waar de vertelsters zitten, en een kistje voor de boer. Een groot projectiescherm op de achtergrond illustreert soms de plaats van handelen, waarbij bijvoorbeeld de beelden van het doolhof vrij freaky en abstract zijn. Veel meer is er niet, en is er ook niet nodig. De vertelling is helder en zeer muzikaal. Er is mooie samenzang, af en toe wel iets te veel overstemd door de stemmige en passende muziek van Jan Willem Hoekstra, en heldere solo’s. Een enkele song werkt niet helemaal, zoals het lied van Daedalus rond uitvinders die in zijn tijd nog niet bestonden. De grappen zijn sterk, hoewel die ene waarbij Theseus zijn schoenen uittrekt en op zijn sokken staat voor mij beter was geweest als deze niet daadwerkelijk wordt uitgesproken. De enige echte miskleun zit gelukkig voor de voorstelling. Bij de grappig bedoelde instructietekst valt de zaal dood, op een enkele giechelende bezoeker na.
Icarus — Rebel zonder vleugels is op afstand de sterkste voorstelling van NME Kids on Tour in de post-Muiderslotperiode, en misschien wel de beste die ze ooit hebben gemaakt. Voor het eerst is er in het script ook echt ruimte voor een traan, en dat doet goed. De spelers kunnen laten zien wat ze kunnen, en doen dat, als vanouds, weer voortreffelijk. De lat voor de komende jaren ligt hiermee meteen weer een stuk hoger.
De voorstelling is nog te zien op 6 en 7 juli, zowel als matinee als als avondvoorstelling. En wie de voorstelling echt niet kan zien, kan het boek ‘Rebel zonder vleugels’ lezen, genomineerd voor De Gouden Lijst, een prijs voor het beste jeugdboek in de leeftijd 12 tot 15 jaar. In september zal blijken of het boek ook de winnaar zal zijn.