Het stuk leent zich bijzonder goed voor toneelvoorstellingen. Bloedige oorlogen vragen om een hoop “slachtoffers” en aan spelers hebben amateurgroepen doorgaans geen gebrek.
De voorstelling wordt gespeelt in het Buytenpark van Zoetermeer. Een stuk grasveld is daar omgebouwd tot een heus buitentheater. Het decor bestaat voornamelijk uit een paar enorme slotdeuren, met ervoor een afdaling, als ligt het op een rots. Houtvuren zorgen voor een aangename geur en zijn een mooie brug naar de primitieve tijden. Een betere keuze in ieder geval dan de lijklucht die er eigenlijk zou moeten hangen gezien de slachting die op het podium heeft plaatsgevonden. Tientallen doden en bijna doden, en daartussenin de drie heksen, die aan het lijkenpikken zijn. Een lucht die verstikkend zou moeten zijn in deze hitte; want deze premiereavond is het wel bijzonder lekker weer.
De beginscene is prachtig. Een onderonsje tussen de heksen maakt al snel duidelijk dat je hen niet als vijand zou willen hebben. Op het slagveld weten ze een aantal slachtoffers weer te laten opstaan, hen manipulerend als waren zij marionetten. Het sterkste moment van de show ligt opvallend genoeg op precies hetzelfde moment als waar het tijdens de concertuitvoering lag:in de tweede helft, als de schemer toeslaat, de verlichting en wederom vuur voor extra sfeer zorgt en een aantal zeer sterke nummers elkaar opvolgen.
Deze avond staat de voltallige A-cast op het toneel. Tijdens de concertversie maakte ze al indruk, en ook nu is er vocaal weer erg weinig op aan te merken. De zangpartijen zijn goed, en vaak ook goed te verstaan. Het enige probleem is tijdig te ontdekken waar de persoon in kwestie staat.
De show wordt gestolen door Ingrid van Houwelingen als Lady MacBeth. Ze overtuigt als de vrouw die eerst haar man zijn eigen snode plan laat uitvoeren, maar vervolgens aan schuld en hysterie ten onder gaat. Milan van der Weelden als MacBeth brengt zijn zangstukken overtuigend, zijn spel is goed, maar mist op een cruciaal moment de overtuiging: als hij, zich eerst onoverwinnelijk wanend in het gevecht tegen MacDuff hem alle hoeken van het strijdveld laat zien, maar vervolgens erachter komt dat diezelfde man degene is die hem volgens de voorspelling zal doden en de moed hem dus in de schoenen zakt.
De heksen, Jeroen Verheij, Jaqueline van Boheemen en Laura Hehenkamp, zijn op de belangrijke momenten de stuurlieden van het stuk. Ze openen beide aktes op overtuigende wijze: na de pauze met het nodige vuurwerk en manipuleren MacBeth op grootse wijze.
Gijs Geers is erg op dreef. De verbazing bij het uitkomen van de voorspellingen, vertwijfeling over wat zijn ‘vriend’ MacBeth met hem en zijn zoon voorheeft. Als hij gezeten op een paard zijn lied vertolkt klinkt het uitstekend, terwijl hij toch zichtbaar geconcentreerd bezig is het paard in bedwang te houden. Zoon Fleance, Michael de Vriend, zingt goed en heeft een vertederende uitstraling. Dit heeft wel het nadeel dat, ondanks dat hij wel deel uitmaakt van de gevechten, hij wel een beetje een watje lijkt. Hij wordt straks koning van die wrede Schotten?
Dat MacDuff, Kevin van der Leeuw, emotie kan overbrengen heeft hij al in het theater laten zien tijdens de concertuitvoering. In de open lucht is het iets minder krachtig, maar zeker overtuigend. Manuel Pronk werkt zich kranig door een aantal tongbrekende teksten als Malcolm. Ook Bart van der Meer, Rianne Veenstra en Maryse van der Hak kwijten zich prima van hun taak.