De kenners van het genre zien deze voorstelling een all-star cast. Ton Scherpenzeel (o.a. Kayak, maar ook huiscomponist van Youp van ‘t Hek) en Pim Koopman (o.a. Diesel) in een band met verder uitstekende musici als Joost Vergoossen en Jan van Olfen. De zangers zijn respectievelijk Bert Heerink (Vandenberg, “Heineken-reclames”), Syb van de Ploeg (de Kast), Edward Reekers (Kayak), Rob Vunderink (Diesel), lieden die menig hitlijst hebben beklommen. Voor de echte musicalliefhebber zal Marjolein Teepen (Opus One) geen onbekende zijn.
Allen kwijten zich voorbeeldig van hun taak. Na het dramatische “Blue skies are for free”, een allerbelabberdste compositie van Eric Dikeb die Bert Heerink zong voor de voorronde van het Songfestival lag in mijn ogen vergetelheid op de loer, maar zijn rol als Nostradamus is een heel sterke revanche. Af en toe wel een valse noot, maar dat hoort ook wel bij zijn manier van zingen.
Edward Reekers is al sinds jaar een dag een vocale rots in de branding van menig muziekproject (check Ayreon), en Nostradamus is daarop geen uitzondering. Zangtechnisch dik in orde, en ook de gesproken teksten raken op het juiste moment wel het goed cynische toontje.
Syb van de Ploeg heeft na zijn commerciële zelfmoord door uit zijn succesband de Kast te stoppen met zijn band Spanner nog niet heel veel succes en ook ik moet toegeven erg weinig van de band te kennen. Zijn vocalen waren dan ook de grote verrassing voor mij. Een erg sterke vertolking, die het volle weet te halen uit de niet zo heel grote rol die hij in het stuk speelt.
Monique van der Ster maakt van de koningin een bijzonder sterke perfomance. Een nummer als Pagan’s Paradise spettert werkelijk van het podium. Als Meat Loaf hier ooit nog eens op zoek is naar een dashboard-liefje; hier is ze.
Dat Marjolein Teepen een uitstekende stem heeft had ze al laten zien in Belle & het Beest, maar deze voorstelling valt ze vooral op door haar dans. Als ze, als eerste vrouw van Nostradamus, sterft aan de pest geeft ze een werkelijk indrukwekkende “dodendans” ten beste; een dans waar Penny de Jager waarschijnlijk stinkend jaloers op zou zijn. Beseffend dat die bijzondere vloer de dans niet erg aangenaam zal maken versterkt mijn bewondering nog meer.
De overige vocalisten vallen wat minder op, omdat ze door hun rol wat minder prominent aanwezig zijn. Rob Vunderink, ook gitarist tijdens deze voorstelling, Cindy Oudshoorn, Marloes van Woggelum, Marc Dollevoet; er valt eigenlijk niets op hen aan te merken.
Muzikaal - deels symfonisch, maar deels ook vrij popachtig - is de voorstelling dik in orde, hoewel het dus wel zijn zwakke punten heeft. Met name het eerder genoemde “Settle down” laat het geheel wat in kakken. Ook choreografisch is het dik in orde, hoewel ik de “speeldoosjes” in de scène waarin Scalinger de mensen tegen Nostradamus opstookt niet erg begrijp. Het ziet er overigens wel leuk uit.
Het andere raadsel zit em in het decor. Waarom zit drummer Pim Koopman in een soort aquarium? Heeft dat met het geluid te maken? De andere optie, dat hij in preventieve quarantaine zit, valt tenslotte af als hij samen met de rest van de cast het applaus in ontvangst neemt.
Nostradamus is wel overduidelijk géén musical. Niet alleen dragen de vocalisten op de voorgrond allemaal de microfoon in de hand, iets wat in een musical heel ongebruikelijk is, ook krijgt de band af en toe de gelegenheid de show te stelen en op de voorgrond te treden. Het optreden is meer een kruising tussen een rockconcert en een musical.Wie in musicals is geïnteresseerd en een stukje symfonische rock wel kan waarderen kan zich nauwelijks wat beters wensen dan deze theatershow; Nostradamus - the Fate of Man. Ook komend seizoen is de voorstelling weer vele malen op het podium te zien.