Weer een voorstelling waar we lang op moesten wachten, maar sinds gisteren gaan alle remmen los bij Sempre Sereno. Our House, een van de beste jukebox-musicals ooit gemaakt, is mede dankzij de heerlijke muziek van Madness een waar feestje. Tot en met zondag in theater Junushoff kun je nog gaan kijken naar deze voorstelling. Tot en met zondag in de Junushof kun je nog gaan kijken naar Our House. Deze jukebox-musical is voor de verandering eens niet één van die inwisselbare ‘inspirerende’ levensverhalen van band of artiest, maar vertelt een verhaal, net zoals Mamma Mia! dat bijvoorbeeld doet.
In Our House draait het om Joe Rossi, die samen met zijn moeder woont in de Rossistraat, in een wijk waar veel stadsvernieuwing plaatsvindt. Zijn vader is na een gevangenisstraf nooit meer thuisgekomen, en inmiddels overleden. Op zijn 16e verjaardag besluit hij om samen met zijn vriendin Sarah, die advocaat wil worden, in te breken op de bouwplaats, om haar het uitzicht te laten zien. Daar worden ze door de politie betrapt. Wat moet Joe doen: vluchten, of de consequenties aanvaarden. We zien vervolgens de gevolgen van beide keuzes. Wat gebeurt er als Joe (in het wit) zich laat arresteren, en wat als hij vlucht (met Joe in het zwart). We zien (witte) Joe een absurde straf krijgen (als voorbeeld) en vervolgens als ex-jeugddelinquent worstelen met het vinden van een baan. Dat, en zijn trots, zorgt ervoor dat hij steeds dieper in de problemen komt. Joe (in het zwart) gaat het voor de wind, na wat dubieuze verkoopmethodes werkt hij zich op tot projectontwikkelaar, en partner van de grote stadsvernieuwer. Beide verhaallijnen krijgen een climax rond het huis van Joe’s moeder, die weigert te vertrekken uit het huis, dat zij als haar eigendom beschouwt (maar waarvan het bewijs niet te vinden is). De hele voorstelling waart ook de geest van vader (letterlijk) rond.
Het is even schrikken bij de lijst met opgenomen liedjes in het programma. Hier staan de oorspronkelijke liedtitels vermeld. Gelukkig blijken deze weldegelijk vertaald, wat logisch is omdat ze bijdragen aan de vertelling. Hoewel deze (bestaande) vertaling niet bepaald een hoogvlieger is, zorgt dit toch voor één geheel. De geluidsbalans tijdens de première sloeg nog wat te veel door naar het orkest, waardoor de teksten niet altijd goed te verstaan waren. Het was niet het enige euvel: een van de decordelen liet los, en moest worden vastgeplakt. Op zich werd dit door de cast prima opgelost, maar mede hierdoor werd pas in de tweede akte goed duidelijk wat het fraaie decorconcept eigenlijk was. Het zwart-wit in de kleding van Joe keert namelijk ook terug in het decor, waar deuren en de balustrade meekleuren met de variant van Joe’s verhaal.
De cast is prima. Frits Tutuarima weet de karakterontwikkeling van beide varianten van Joe goed vorm te geven. Floor Moosink klinkt lekker als Sarah, en speelt de rol prima. Jasper Hanegraaf en Demi Vaartjes zijn als Emmo en Lenny, de spontane maar niet heel snuggere vrienden van Joe, ontwapenend. In de context van vriendschap hakt Lenny’s uitbarsting tegen het eind van de voorstelling er dan ook goed in. Viola Bennink en Justine Buijserd zijn leuk als Sarah’s vriendinnen, zeker als ze wat vals zijn richting de drie vrienden. Paul Verhage is prima als de criminele Ries. Paul Francken is mooi als vader, al worstelt hij wat om boven de muziek uit te kunnen komen. Ook de regie geeft hem in eerste instantie een wat vreemd beeld, omdat het lijkt dat hij met de tekst rondloopt. Pas in akte 2 blijkt wat hij werkelijk in handen heeft. Lindsay Sen-Bemelmans moest de oorspronkelijke moeder vervangen (deze heeft een gebroken voet) en ondanks haar jeugdige uiterlijk speelt ze de rol met verve.
Naast prima acteerwerk kent de musical een groot aantal massascenes, vooral horend bij de vrolijke songs uit het repertoire van Madness. Baggy Trousers (Geodriehoek) en het minder bekende Wings of a Dove (Zucht van de wind) bijvoorbeeld De energie spat op die momenten van het podium. Niet alles gaat even synchroon, maar het voelt wel lekker. De danspassen liggen dicht tegen die van de originele versie aan, en zijn lekker vreemd. Soms vraag je je af of er bewust wordt geparodieerd, naar Singing in the Rain bijvoorbeeld, of Mamma Mia!. Op de panne in de eerste akte na is het podiumbeeld ook fraai, met huizen die open kunnen klappen, of een barrel van een auto die met de nodige krachtsinspanning het podium op komt voor een van de meest bizar vormgegeven scenes. Een tunnel die wordt gevormd door de cast, en even later een Star Wars gevecht. Het mooist is een scene met draaiende gevangenishekken, vlak voor de pauze. De muziek is ook dik in orde. Al tijdens de ouverture, bij gesloten doek, blijkt er een uitstekend orkest te zitten, die ook tijdens der voorstelling de muziek met de benodigde schwung speelt.
Our House speelt in totaal 5 keer, en hoewel een volle zaal niet nodig is om bij deze voorstelling het dak er te laten afvliegen, is het voor hen wel leuk als de zaal vol zit. Je doet jezelf er dan ook nog eens een enorm plezier mee, want Our House is een vooral een feest. De momentjes van ontroering of kippenvel die er ook zijn, dragen alleen maar aan de beleving bij. Op naar Wageningen, of, als je daar al bent: Op naar theater Junushoff.