Robin Hood en het verdwenen goud begint (in het verleden) waar de meeste vertellingen ophouden: met Marian, die de held vertelt dat ze zwanger is. Maar de voorstelling speelt ook in de tegenwoordige tijd, als het jonge meisje Robin door haar oma wordt gebeld om haar te vragen mee te helpen met verhuizen. Deze oma moet het huis uit, omdat ze de huur niet meer kan betalen. Een huur, die moet worden afgedragen aan de burgemeester van het dorp, Nottingham. Het moge duidelijk zijn, deze Robin is een nazaat van Robin Hood. Als ze van haar oma het dagboek van Robin Hood krijgt, hoopt ze daarmee het verdwenen goud te vinden, zodat haar oma het huis niet uit hoeft. En zo worden de zoektocht van hedendaagse Robin, en de perikelen van de vrijbuiter met een zwangere vrouw, en een wraakzuchtige koning met elkaar verweven.
De voorstelling is de tweede van I&L Entertainment, en de opvolger van het verrassend geslaagde debuut Arthur en de Strijd om Camelot. Ook deze voorstelling zit vol komische momenten, en heeft een hoop energie. Wel zitten er wat onlogische ontwikkelingen in het script om de gebeurtenissen in heden en verleden op elkaar te laten lijken. Dat laatste lukt daardoor natuurlijk wonderwel.
Veel van de acteurs hebben dubbelrollen, en de snelheid waarmee van rol wordt gewisseld is buitengewoon hoog. Het ene moment de oma, het andere moment de zwangere Marian, of het ene moment de charmante Will, en even later de nogal onnozele wachter. Het houdt de vaart er lekker in. Erg sterk zijn de vertolkingen van Julia Berendse als Robin van Locksley en Leon van Uden als Will, die haar helpt bij haar queeste, en ook nogal gecharmeerd is van haar. Ze spelen de jongeren buitengewoon overtuigend. Julia Berendse heeft daarnaast ook nog een stem als een klok, waardoor elk nummer een genot is om naar te luisteren. Ferdinand Biesheuvel mag zich uitleven op de slechteriken in het stuk. De burgemeester van Nottingham, een eigentijdse schurk en de zeer theatrale koning John, die in zijn gedragingen wat weg heeft van Lord Farquaad uit Shrek. Vooral in deze rol kan hij flink los gaan. Slapstickachtige comedy zit vooral bij de wachters van John, die zich niet al te snugger gedragen en elkaar te vlug af willen zijn. Jennie Hidding en Bastiaan de Haan zijn vooral erg geestig als de zwangere Marian, met al haar opvliegers en haar man. Ook de tactloze directheid van Robin levert soms geestige situaties op.
Het decor is betrekkelijk eenvoudig. De buitenkant van een kasteel, en een zeer oud, wat vervallen schots en scheef huisje het openingsbeeld, maar door delen te draaien ontstaan onder meer de gevangenis. Het totaalplaatje klopt, mede dankzij uitstekende kostumering. De songs zijn doeltreffend, al zitten er niet direct grote hits in deze score.
De voorstelling houdt duidelijk rekening met de bezetting in de zaal. Voor kinderen is er naast het spannende verhaal een hoop slapstick humor, scheten-grappen, en veel herhalingen, volwassenen beleven vooral veel plezier aan de herkenbare huwelijkse twisten tussen de hork van een man en de emotionele zwangere vrouw. En natuurlijk kan ook een ondeugende ‘kleine Jan’-grap niet ontbreken. Humor op de diverse niveaus zorgt dat iedereen een amusante middag of avond heeft. Er valt genoeg te lachen, ook al valt niet elke grap even goed. De wachters lijken in eerste instantie net even te vroeg in de voorstelling te komen, een opmerking over bedplassen is niet echt grappig en af en toe wordt iets net te lang herhaald. Het zijn zaken die tijdens de run vast nog op hun plaats vallen. Net als bijvoorbeeld de opmerking dat Will en Robin elkaar al 10 jaar niet meer gezien hebben, maar wel herkennen. Hoewel nergens leeftijden worden genoemd doet de manier waarop de twee nu met elkaar omgaan en reageren vermoeden dat ze toen net uit de luiers waren.
Dat het lastig is na een groot succes opnieuw een succes neer te zetten zullen veel popmuzikanten beamen. Dat geldt zeker ook voor het theater, waar de verwachtingen bij deze voorstelling hooggespannen waren. Die verwachtingen zijn voor een klein gedeelte niet (met name het zwakkere script), maar grotendeels wel (de subtiele humor, gecombineerd met het van dik hout zaagt men planken)waargemaakt. Robin Hood en het Verdwenen Goud is vooral een erg leuke voorstelling voor de hele familie.