De musical is gebaseerd op de eerste Shrek-film, die vooral de spot dreef met de ideale sprookjeswereld waar Disney zeker tot dan toe in grossierde. Het verhaal gaat over de oger Shrek, die vanwege de haat en het onbegrip van de omgeving rustig en alleen in een moeras leeft. Dat wordt vervolgens overladen door een lading sprookjesfiguren, dat is verbannen uit Duloc, geleid door heer Farquaad. De ‘misbaksels’ passen niet in zijn ideale wereld. Shrek gaat verhaal halen en redt onderweg een praatzieke ezel van een wachter van Farquaad; iets wat hij (het grootste deel van) de rest van de musical zal betreuren. Het beest lult hem de oren van zijn kop. Eenmaal in Duloc valt hij precies in de loting voor de bewoner die voor de laffe Farquaad een prinses uit een toren mag redden (bewaakt door een draak, en omgeven door lava). Farquaad ziet in de oger een goede kandidaat en belooft hem zijn moeras terug als hij de prinses redt. Dat deze prinses Fiona echter een vloek met zich meedraagt, weet geen van tweeën.
Net als de film is de musical behoorlijk druk, met name door de praatzieke ezel. Het is niet moeilijk begrip op te brengen voor Shreks ergernissen hierover. Sympathie voor de loner werd al opgewekt in de opening, waar de zevenjarige oger alleen de boze buitenwereld ingestuurd werd, in het lied ‘Zoet zacht zalig bestaan’, dat in toon en boodschap mooi tegenkleurt met de daadwerkelijke gebeurtenissen. René van Kooten maakt Shreks schoenen weer een stukje groter om te vullen. Zijn onbeholpen motoriek en defensieve taal aan de ene kant, de worsteling met amoureuze gevoelens aan de andere kant. Ondanks zijn flinke gelaatsprotheses brengt hij alle facetten van dit gelaagde karakter – Shrek legt het zelf uit door zich met een ui te vergelijken – mooi over het voetlicht. Qshans Thode is als ezel die zijn mond nooit kan houden aan de ene kant om te wurgen, maar ook weer cheeky en ontwapenend genoeg om je in je hart te sluiten. Linda Verstraten speelt de prinses Fiona sterk. Ook zij is beschadigd – opgesloten vanaf haar zevende en nu blijkt ook haar bevrijding niet volgens de regels van haar geliefde sprookjesboeken te verlopen. Het is gedeeld leed (en een gedeelde liefde voor scheten en boeren) dat voor de eerste sprankeling tussen de twee zorgt.
Darren van der Lek wist op televisie tijdens de promo van de musical bij de uitmarktvervanging als heer Farquaad de camera al te pakken, en ook op het podium vertolkt hij de in zijn eigen belevenis grote heer met de kleine gestalte vol verve, (onzichtbaar) zittend op zijn knieën. De draak in de voorstelling blijkt voorzien van een waanzinnige stem. Annefleur van den Berg, de eigenaresse ervan, is als persoon op het podium en voert de uiteindelijke flirt met Ezel uit, terwijl de bloedmooie grote popvariant van de draak zich erachter beweegt. Het is in eerste instantie wat vreemd, maar werkt desondanks wel. Ze worden ondersteund door een enthousiast en hardwerkend ensemble, dat zorgt voor sterke ensemblescènes. Bij de sprookjesfiguren valt vooral Pinokkio op, die zich vaak als woordvoerder opwerpt. Guus Boswinkel geeft hem een apart stemmetje mee.
Het inkorten van de oorspronkelijke voorstelling heeft zowel voor- als nadelen. Het voordeel is dat de slepende scènes zijn verdwenen, terwijl dit niet ten koste gaat van het verhaal, dat goed overeind blijft – al zullen fans van de spiegel wel teleurgesteld zijn. Gelukkig is de torenscène, waarbij we kennismaken met het verleden van Fiona (vertolkt door 3 levensstadia) gebleven: “De dag is vandaag” blijft een hoogtepunt in de voorstelling. Nadeel is dat het verhoogde tempo de voorstelling in zijn geheel wel heel erg druk maakt; rustmomenten zijn er nauwelijks. Soms moet je zelf deels invullen wat er is gebeurd (al dan niet op basis van de film). De nieuwe vertaling van Mark Haayema combineert actuele grappen, zoals een verwijzing naar een intimiteitscoach, met tijdloze ( “Wie I zegt, moet A zeggen”, uiteraard een quote van ezel) en speelse (“hou nou effe je muil, ezel”). Absurditeiten blijven: zo zijn er een aantal overlevende ridders bij de draak vanwege de noodzaak van achtergrondkoortje, en hebben we nog steeds medelijden met het arme vogeltje dat een wedstrijd met Fiona durfde aan te gaan. Het decor van Carla Janssen Höfelt oogt fraai, en is met wat ingenieuze onderdelen ook uitermate doeltreffend. De kostuums, gebaseerd op de oorspronkelijke ontwerpen, zien er eveneens goed uit. De draak is een plaatje.
De onderliggende boodschap, dat schoonheid niet van buiten maar van binnen zit, is natuurlijk mooi meegenomen, maar Shrek is eerst en vooral vermaak voor jong en oud. De eerste grote productie van Van Hoorne Studios mag zeker geslaagd genoemd worden.