De Circusbaron is de derde (of als we de show van vorig jaar ook een musical noemen) de vierde Suske en Wiske musical. Lambik en Jerom hebben regelmatig ruzie gehad, en in een briefje laat Jerom weten dat hij is vertrokken. Als echter een doekje met chloroform wordt gevonden, én Sidonia beseft dat Jerom helemaal niet kan schrijven, kunnen ze niet anders dan tot de conclusie komen dat de krachtpatser is ontvoerd. Een zoektocht levert niets op, tot Lambik als clown in een circus gaat werken, waar het allemaal niet helemaal deugt. Het is een verhaal wat natuurlijk van extreme toevalligheden aan elkaar hangt, maar daar zullen we niet om malen.
Op Sidonia na hebben alle hoofdkarakters al langer de rol gespeeld, en dat is er vanaf te zien. De rollen worden met speels gemak ingevuld. Niels Destadsbader is een mooie Suske in alles: in voorkomen, spel en zang. Liesbeth de Wolf is lekker wispelturig als Wiske. Lambik (Ronald van Rillaer) is arrogant, grof, overzelfverzekerd, soms grappig, en soms denkt hij dat hij dat is; precies dus als in de strip. En Jerom (Ben van Hoof), als hij eenmaal ten tonele verschijnt, is de oermens zoals hij vooral in de eerdere strips wordt afgebeeld. Sidonia werd in eerdere producties door een man gespeeld; gezien de afbeeldingen in de strips een logische keuze; er is qua uiterlijk weinig vrouwelijks aan Sidonia. Het verhullen van de vrouwelijke vormen van Wanda Joosten is niet helemaal gelukt, maar haar vertolking van de rol is prachtig.
Het ensemble vertolkt diverse rolletjes, waarbij de nadruk wel ligt bij de circusartiesten. Christian Celini liet zijn acrobatische salto-kunsten al zien in eerder producties en wordt in deze voorstelling op dat punt mooi aangevuld door Cédric Landrieu, die de evenwichtskunsten op kracht goed beheerst. De bijrollen worden goed gespeeld, en de ontknoping is, voor wie het boek niet kent, een behoorlijke verrassing.
De voorstelling als geheel laat een gemengde indruk achter. Allereerst is het wel even wennen aan de typische humor van Lambik, die natuurlijk niet zo sympathiek is en al helemaal niet aan het begin van dit verhaal. Naarmate de voorstelling vordert ga je zijn grappen wel waarderen, maar dat kost even tijd. Verder hebben de liedjes niet echt een ondersteunende rol in het verhaal; ze houden eerder het verhaal wat op. Twee songs zijn op zich heel sterk: Avontuur (het eerste nummer uit de voorstelling) en Circus, de overige nummer zijn wel in orde, maar niet heel memorabel. De groots aangekondigde levende kanonskogel valt visueel tegen, en ook de acrobaten-act van Suske en Wiske ziet er niet heel fraai uit. Op het gebied van staging valt er ook nog wel enige winst te boeken: enkele momenten is het echt een rommeltje op het podium (de zoektocht naar Jerom). Tenslotte mag de geluidstechnieker nog wat beter opletten of de microfoons (ver genoeg) open staan. Te vaak was er een opmerking niet te verstaan omdat het geluid simpelweg te zacht was.
Aan de andere kant van de balans staat dan weer de leuke manier waarop met projecties is gewerkt in deze voorstelling. Met een podiumbreed scherm en een drietal kleinere, waarop in stripstijl afbeeldingen worden geprojecteerd blijft de authentieke stripsfeer behouden. Erg origineel is het idee dat de getekende “decorstukken” in de vakjes soms als ware het echte decorstukken van de zijkanten af worden geplaatst. De achtergrond bij Avontuur, waarbij covers van allerlei Suske en Wiske albums in een soort 3-d aan elkaar geplakt zijn en waar je als het ware doorheen zweeft is een ander hoogstandje van de makers van de projecties. Het strip-achtige wordt dan ook weer mooi doorgevoerd in het spel, bijvoorbeeld als Suske en Wiske wegsnellen.
Wat deze Suske en Wiske voorstelling echter echt het zien waard maakt is de enorme dosis humor van divers allooi die er in de voorstelling zit. Soms levert het een gniffel op, dan weer een schaterlach. Het filmpje van de ontvoering van Jerom is geweldig komisch. De haan die de volgende dag inluidt is van een ander soort als de gevatte humor van Lambik, met ook actuele verwijzingen naar bekende Vlamingen. De ontknoping van het verhaal bevat een tamelijk bizarre wending, die grappig uitpakt. En veel van de Willy VanderSteen grappen uit het stripverhaal, dat voor deze voorstelling wel stevig is gestript, keren terug in de voorstelling.
De Circusbaron is als strip nog erg Vlaams qua taalgebruik, en een aantal van de toegevoegde grappen zijn eveneens erg Vlaams. De vraag is hoe dit tijdens de Nederlandse voorstelling wordt ingevuld. Ik ben in ieder geval erg benieuwd.