Regiovoorstellingen hebben altijd iets speciaals. Zeker als ze op locatie worden uitgevoerd. Of het nu amateurs zijn en een aandoenlijke productie spelen, of professionals, die een strakke voorstelling neerzetten. Eerder trok Musicalworld naar Zeeland om daar door ‘O die Zee’ overdonderd te worden, gisteren trokken we naar Twente, waar in Almelo de voorstelling ‘Van Katoen en Nu’ wordt gespeeld.
‘Van Katoen en Nu’ is meer dan een voorstelling alleen. Wie een kaartje koopt kan daarvoor eerst regionaal talent in alle soorten en maten bewonderen. Van een mogelijk nieuwe Ilse de Lange tot een groep rappers, van volksdansen tot comedy in dialect, van harmonie tot kinderkoor (begeleid door Harmonie). Vervolgens wordt de bezoeker getrakteerd op een driegangenmaaltijd met een wat historische inslag. Groentesoep met brood (met saus en salade van de landelijk bekende leverancier ‘oet Twente’, gehaktballetjes met aardappeldoperwtenstamp en tomatensla, en beschuit met aardbei en vla toe. Met (amateur) entertainment aan de tafels, en drank erop. Daarna is het tijd voor de voorstelling. Dit betekent dat je vanaf 5 uur de hele avond onder de pannen kunt zijn.
Waar het publiek overdekt zit in een oude fabriekshal waarvan een zijde op en is, speelt zich een deel van de actie buiten af. Een belangrijke rol is er voor het maisveld aan de linkerzijde, en de heuvel op de achtergrond, waar zich ook een fabrieksschoorsteen op bevindt. De binnen scènes zijn wel in de hal. De voorstelling wordt gespeeld door een aantal professionals, aangevuld met een enorme hoeveelheid amateurspelers. De creatives zijn mensen die ruime ervaring hebben in het vak. Dick van den Heuvel en Laurens ten Den zorgden voor het script, De muziek is van Jan Tekstra en Floris Verbeij. En de muziek wordt live gespeeld door Het Nederlands Symfonie Orkest. De regie is in handen van Steven de Jong (o.a. de Kameleon-films). De kostuums en decor zijn van Joris van Veldhoven.
Alles wordt uit de kast gehaald in deze voorstelling, en aan speciale effecten is ook geen gebrek. Voertuigen uit het verleden, projectie op de zijwand, een textielfabriek die wordt opgebouwd (nou ja, de letters ervan); het zijn maar een paar voorbeelden.
‘Van Katoen en Nu’ begint met een verjaardagsfeest. Oma Kat is 100 geworden, en dat is reden voor een feestje. De kwieke zilvergrijze dame, gespeeld door Janke Dekker, staat weldegelijk op de rand van het hiernamaals. Ze wordt al geroepen door Wubbo (de astronaut komt oorspronkelijk uit Almelo), maar weet nog enig respijt te krijgen. Haar zoon heeft kosten nog moeite gespaard om er een feest van te maken. Om terug te blikken heeft hij een glasfotograaf binnengehaald. Deze vanaf het begin wel wat merkwaardige man, gespeeld door cabaretier Andre Manuel, begint als een redelijk normaal icoon uit het verleden, maar ontspoort naarmate de voorstelling vordert. Kat, dochter van een grootindustrieel in techniek, beleeft haar leven weer. Met Name haar liefde voor arbeider Tom (Daan Smits), die niet op zijn mondje gevallen is en tijdens de oorlog verdween nadat hij werd opgepakt voor een bankroof. Kat trouwde uiteindelijk met de dochter van de concurrent, maar was al zwanger van Tom. Haar kleindochter blijkt net zo’n wilde, heeft een relatie met een vluchteling maar durft het haar vader niet te zeggen. Ze lijkt zo op haar oma, wat niet heel gek is, want ze worden allebei door Desi van Doeveren gespeeld. Vader (Jos Brummelhuis) is nogal conservatief en behoorlijk ongelukkig met zijn minder conservatieve afkomst als deze eenmaal uitkomt.
Het verhaal is een kapstok voor een blik in het verleden van Almelo, maar wie een saaie geschiedenisles verwacht heeft geen rekening gehouden met de boer, die vanuit zijn maïsveld de voorstelling regelmatig onderbreekt. Laurens ten Den, een regionale beroemdheid, levert continu commentaar, is onderdeel van de voorstelling maar doorbreekt ook de derde wand een aantal keer.
Feiten worden zo van nuchter en kritisch commentaar voorzien. “De grootste bankroof in Nederland ooit was in Almelo. Maar dat ging wel op z’n Twents, gewoon door op de deur te kloppen.” De ondergang van OAD komt voorbij, en de successen van Heracles worden gerelativeerd met de huidige resultaten. Een lyrisch loflied op Almelo is deze voorstelling allesbehalve. Het slopen van de mooie gebouwen, het gebrek aan het hebben van een herkenbaar centrum, het kan op instemming van het publiek rekenen.
Dit maakt dat de voorstelling, die al erg leuk is voor een buitenstaander die niet meer van Almelo weet dan dat het in Twente ligt, en dat Herman Finkers en Ilse de Lange er vandaan komen (ook aan haar wordt even subtiel gerefereerd), nog veel leuker is voor de mensen uit de omgeving. Referenties aan een bekende straatartiest bijvoorbeeld, of namen uit het verleden, het maakt het geheel extra herkenbaar, Ook zullen zij de Twentse accenten en tongval beter kunnen volgen, ook als er wat sneller wordt gesproken.
De voorstelling is een creatief daverend succes. Problemen zijn er wel organisatorisch. Er zijn te veel mensen voor het aantal zitplaatsen. Zitplaatsen die qua beenruimte zeer beperkt zijn en wie met inzicht een kussentje heeft meegenomen voor de houten banken neemt te veel ruimte in. Jammer dat dit het genot van de voorstelling voor sommige mensen ernstig heeft bedorven, omdat deze zittend op de trap er maar weinig van hebben kunnen zien. Ander nadeel is de grote betonnen pilaar midden in het zicht. Diverse keren hebben mensen scènes die zich op de achtergrond speelden, alleen op gehoor moeten volgen.
Toch laat een initiatief als dit weer zien dat het jammer is dat er niet meer in dergelijke evenementen wordt geïnvesteerd. Het is een geweldige avond uit voor de mensen uit je regio, en de betrokkenheid bij je stad wordt er ook nog eens door vergroot. Dan hebben we het alleen nog maar over de bezoekers; de medewerkers en spelers uit de regio hebben ook nog eens een moordtijd in en rond de schijnwerpers.